Ciao …

Hier ben ik weer. De vakantie is voorbij. Het was een beetje een vakantie in mineur … het weer wou niet echt mee. De eerste week heel veel regen en zware onweders met overspoelde wegen tot gevolg, de tweede week heet en uiterst vochtig (tot 88%) en de laatste halve week haalden we nog met moeite 21 graden. Hele mooie wolkenpartijen gezien … bijna drie weken aan een stuk. Het had wat minder gemogen.
Maar laat ik beginnen bij het begin. Ik probeer het zo kort mogelijk te houden, maar dat zal een moeilijke opgave zijn want we hebben heel veel gezien.
We hadden een vroege vlucht op donderdag 8 september vanuit Charleroi, zo’n 135 km van huis, en besloten daarom om alvast een dag eerder naar Charleroi te rijden en een park-sleep-fly te boeken bij Van der Valk. Scheelde toch weer anderhalf uur slaap en is niet eens zoveel duurder dan parkeren op de luchthaven. Zo gezegd, zo gedaan. ’s Avonds nog genoten van een drankje op het heerlijke terras en ’s morgens netjes op tijd door de shuttle afgeleverd op Charleroi Airport. Waarom moeilijk als het ook gemakkelijk kan?! 
Bij aankomst in Bari een uur in de rij gestaan aan het loket van de autoverhuurder. Gelukkig waren we nog redelijk snel weggeraakt bij de bagageband want de rij die achter ons stond was op den duur niet meer te overzien. Slechte service van Sicily by Car! Dan door de gietende regen naar de parking, onze VW Polo opgepikt en de 75 km naar onze eerste masseria in Montalbano gereden. Onderweg was het gelukkig gestopt met regenen zodat we na het inchecken direct op weg konden om een restaurant te zoeken dat nog open was voor de lunch. In dit deel van Italië worden de openingsuren van restaurants nog strikt gerespecteerd. Na 14u moet je je toevlucht nemen tot een snack uit de snackbar, en daarvoor waren we niet naar Italië gekomen. 
 
Tijdens ons verblijf in Montalbano hebben we het volledige centrale deel van Pugia bezocht. We zaten midden in de mooie Valle d’Itria. Vanaf het terras van onze kamer hadden we een prachtig zicht op de onmetelijke olijfboomgaarden en de zee op de achtergrond. Deze vallei is bekend om zijn eeuwenoude olijfbomen met stammen die in de vreemdste vormen zijn gedraaid. De oudste bomen geven de meest kwalitatieve olijven.

Ook onze masseria had zijn eigen olijfbomen en olijfolieproductie, en tijdens de proeverij leerden we dat er bijna net zoveel olijvenvariëteiten zijn dan druivenrassen. Én dat de zuurtegraad de belangrijkste parameter is om een goede olijfolie te herkennen: hoe lager de zuurtegraad, hoe beter. Het was in ieder geval een interessante en lekkere namiddag.

Van hieruit hebben we zowat alle stadjes in Centraal Puglia bezocht. 

Monopoli, bijvoorbeeld, is een mooi havenstadje aan de Adriatische Zee. Vanaf de oude toegangspoort tot het centro storico heb je een mooi zicht op de oude haven. En, zoals elk zichzelf respecterend dorp/stad, heeft Monopoli – naast talloze ‘gewonere’ kerken – uiteraard een fraai gedecoreerde kathedraal. 
In Monopoli hebben we trouwens onze veertigste huwelijksverjaardag gevierd op 11 september. Daarvoor had ik op voorhand geboekt bij Angelo Sabatelli (1*). Op het menu, na de amuses, het volgende:
Cannoncino di gamberi, battuto di melone, pomodoro, basilico
Cavatelli con frutti di mare e cicoria su crema di fave
Spaghetto al polpo, crema di fagioli al miso
Spigola “al forno”, pomodoro arrosto
Ananas, cioccolato bianco, cassis
Alles was lekker bereid en kraakvers, en Angelo blijft trouw aan de cucina povera van Puglia, dwz eenvoudige producten van de streek en van het seizoen: pasta, (inkt)vis, zeevruchten, bonen, tomaten, … Het was een heerlijke lunch, met als afsluiter een verrassend extra dessert.

Polignano a Mare was ook zo’n gezellig stadje aan zee, gebouwd op een rots. A propos, Domenico Modugno, de zanger van Volare …, is hier geboren, en daar zijn ze trots op in Polignano.  Het eerste wat je ziet als je het stadje binnenrijdt is een groot standbeeld van de zanger. Nel blu dipinto di blu, felice di stare lassù, …
Ook Taranto, een stadje aan de Ionische Zee, heeft voor ons geen geheimen meer. Hier hebben we wat geshopt in het nieuwe gedeelte van de stad. Mooie winkels langs brede lanen. Een enorm contrast met het historisch centrum dat wat deed denken aan de ‘mindere’ wijken in Napoli … echt vies en verwaarloosd. Ook dit is Italië: mooi van lelijkheid.


Het witte stadje Ostuni, Martina Franca enz. enz. … we hebben ze allemaal gezien.


Uiteraard mochten ook Alberobello en Locorotondo niet ontbreken op ons lijstje van ‘must sees’. De stadjes van de trulli, dé toeristische trekpleisters van Puglia. Ze waren ook echt heel bijzonder. Ik heb er wel honderd foto’s genomen. In het niet-toeristische deel van Alberobello zijn nog veel trulli gewoon bewoond, door mensen die trots zijn op hun cultureel erfgoed. Alberobello staat trouwens sinds 1996 op de werelderfgoedlijst van UNESCO. Verdiend! 

Tussen haakjes, in de namiddag is het zo hard beginnen regenen dat er verschillende wegen helemaal verzakt en weggespoeld waren. Bovendien was de elektriciteit in onze masseria uitgevallen en hebben we tot de volgende morgen in het donker gezeten. Gelukkig hebben onze e-readers een leeslampje. 



Na het centrale deel van Puglia was het de bedoeling om wat zogenaamd mooie stranden in de Salento, het zuidelijkste deel van de hak, te bezoeken. Het weer was echter niet van dien aard dat we veel aan het strand of het zwembad van onze tweede masseria hebben gezeten. En helaas was er in dit deel van Puglia ook niet zo heel veel te zien buiten de barokke stad Lecce en nog wat kleinere stadjes, maar daar kom ik later op terug. Ik heb mijn best gedaan om toch wat mooi weer foto’s bij elkaar te sprokkelen.

Lecce dus, een prachtige stad vol monumenten in barok. Lecce wordt ook wel het Firenze van Puglia genoemd. Lichtelijk overdreven, maar het was wel indrukwekkend.
Santa Maria di Leuca is niet echt een bijzondere stad, het is wel de meest zuidelijke stad van de hak, daar waar Adriatische en Ionische Zee samenkomen. Hier kan de wind hevig te keer gaan, maar het was heet, vochtig en windstil. Mooie oude villa’s in S.M. di Leuca!
Otranto, een vissersstadje aan de Adriatische Zee. Hier herinner ik mij nog de vissers die met de overschotten van de mosselen aas maakten. Stukje per stukje mossel werd nauwgezet aan een touwtje geregen. Andere vissers waren hun netten aan het herstellen, zoals je zo vaak ziet in vissersdorpen.  Sfeervol vind ik dat. En we hebben er ook zeer lekker gegeten, met zicht op zee!

Op naar Matera, een zijsprong dus want Matera ligt in Basilicata en het was best een eind rijden vanaf Specchia. Het landschap is ook niet bijster interessant, … olijven, olijven en nog meer olijven en de laatste 50 km wijnstokken, wijnstokken en nog meer wijnstokken. Heerlijke wijnen hebben ze trouwens in Puglia, van druivenrassen die je hier niet zo gemakkelijk kan krijgen. Daarom hebben we er ginder maar extra van geprofiteerd. 🙂

Matera was eigenlijk het interessantste deel van onze reis. Hier hebben we twee dagen de voeten van onder ons lijf gelopen, trap op en trap af, verdwalend in het labyrinth van de sassi. In het kleine museum in Sassi Barisano konden we een video bekijken over het ontstaan, het hoe en waarom van de sassi. Reeds in de prehistorie werden de grotten en holen in Matera door de mens gebruikt als schuilplaats. Steeds weer groef men nieuwe holen of maakte men bestaande holen dieper, nieuwe gangen en vertrekken werden toegevoegd. Zo ontstonden er opslagruimtes, stallen, woningen en kerken. Op sommige plaatsen kan je zien dat er tien of zelfs meer woningen boven elkaar gegraven zijn.

Tot in de jaren 50 was Matera een bron van schaamte voor Italië. Een plaats van armoede, malaria en veel kindersterfte ; de stad waar mensen samen met hun veestapel in grotten leefden, balancerend op de rand van het ravijn, zonder elektriciteit, stromend water of riolering. Daglicht was er nauwelijks want er was slechts een deur, of een luik in het plafond waardoor wat licht kon binnenvallen.
Omwille van de zeer ongezonde levensomstandigheden werd toen besloten de sassi te ontruimen en de bewoners te huisvesten in nieuwe huisjes en appartementen net buiten de stad. Begin jaren ’60 waren de sassi geheel verlaten en dat bleven ze tot eind jaren ’80.

In 1993 werden de sassi op de werelderfgoedlijst van UNESCO geplaatst en sindsdien is het leven er weer teruggekeerd. Net *iets* exclusiever dan destijds, met kunstgaleries, winebars, restaurantjes, en luxe hotelletjes. Ook als filmlocatie was Matera zeer gegeerd. En in 2019 is Matera Culturele Hoofdstad van Europa. Matera was echt heel bijzonder.

Vieste, gelegen in het Parco Nazionale del Gargano, was onze laatste stop. Een totaal ander landschap, meer bergachtig in het binnenland, andere vegetatie (naast druiven en olijven ook citrusvruchten), mooie lange stranden, een andere sfeer ook. Kwam misschien wel omdat het daar wat zonniger was. Vieste had een prachtig centro storico, misschien wel het mooiste dat we gezien hebben. En heel veel uitstekende restaurants waar we verse funghi porcini gegeten hebben, recht uit het bos geplukt. Misschien niet zo heel bijzonder, maar een welkome afwisseling na alle frutti di mare en fritti misti.

Omdat we een late terugvlucht hadden, konden we nog een paar uren rustig genieten van Trani, een aangenaam stadje aan de Ionische Zee. Ook toen was het mooie weer van de partij.

Eindoordeel: ik kan heel moeilijk een oordeel geven over Puglia. We hebben veel moois gezien, maar het weer was heel dikwijls een spelbreker. Ik had ook niet gedacht dat het zo’n toeristische bestemming zou zijn . Hele busladingen, opvarenden van cruiseschepen vooral, in Alberobello en Matera. Dat had ik niet verwacht.Gelukkig waren de andere stadjes een stuk rustiger.

Nog meer foto’s? Kijk op onze flickr fotopagina.

En nog wat voor mijn archieven.  

Route:
Charleroi – Bari (Ryanair)
5 nachten Montalbano de Fasano
6 nachten Specchia
2 nachten Matera
3 nachten Vieste
Wagen (VW Polo) gehuurd bij Sicily By Car via AutoEurope. Slechte service, redelijke prijs.
Aantal gereden kilometers: 2.090 km … zeer veel voor zo’n klein gebied, maar dat kwam door het slechte weer.

Het weer: daar kan ik kort over zijn: onaangenaam (nat/heet&vochtig). En aangezien bij ons een vakantie staat en valt met het weer, hebben wij brute pech gehad.

Logies:

Montalbano di Fasano, Masseria Spetterrata
Ligging: afgelegen, te midden van 40 hectare aan eeuwenoude olijfboomgaarden – zeer rustig!
Kamer: zeer ruim, met een kingsize 4-posterbed, airco, WiFi, met groot terras met ligstoelen en uitzicht op de Valle d’Itria
Badkamer: ruim met grote inloopdouche
Faciliteiten:  
-Italiaans ontbijtbuffet, dwz vleeswaren/kazen en veel zoet (taarten, cakes, …), fruit, granen, en lekker verse cappuccino
-Restaurant waar we twee keer lekker en overvloedig gegeten hebben. De ligging van het restaurant was +/- 300 meter verder naar beneden langs een nogal rotsachtig steil en onverlicht pad. Doenbaar voor het ontbijt bij droog weer (dus niet toen wij er waren), maar niet voor het diner want om 19u is het pikdonker. Jammer dat je dan speciaal je auto moet nemen (700 meter met de auto).
-Infinity zwembad met ligstoelen, een niveau lager gelegen met prachtig uitzicht over de vallei
-Grote privé parking.
Algemene indruk: goede masseria met 10 kamers, geen gemeenschappelijke ruimte/bar. Iedere kamer had zijn privé terras, een minibar en koffie/theefaciliteiten. Persoonlijke service. Zwakke WiFi. 
Prijs: OK. 

Specchia, I Mulicchi
Ligging: in een groot domein met oude olijfgaarden in het hart van de Salento, op 15 min. rijden van zowel de Ionische Zee als de Adriatische Zee – zeer rustig!
Kamer: de kamers waren verdeeld over het terrein in kleine gebouwtjes van telkens twee kamers, het deed een beetje bunkerachtig aan met de ijzeren deur en de kleine raampjes. Kamer was wat spartaans ingericht maar was zeer ruim, met een kingsize bed, airco, WiFi, groot privé terras/tuintje met ligstoelen en een hangmat, een tafeltje en twee stoelen. Door het slechte weer was onze kamer zeer vochtig, zowel onze kleren als het beddengoed, de handdoeken. Na dag drie hadden we eindelijk door dat we de airco op de ontvochtigingsstand konden zetten waardoor dit probleem min of meer opgelost was.
Badkamer: zeer ruim, met grote douche
Faciliteiten:
-Italiaans ontbijtbuffet, dwz vleeswaren/kazen en veel zoet (taarten, cakes, …), fruit, en lekker verse cappuccino. Ontbijt werd slechts mondjesmaat bijgevuld.
-Zwembad in de tuin met ligstoelen
-Grote privé parking.
Algemene indruk: iets minder dan de vorige masseria, 13 kamers, geen gemeenschappelijke ruimte/bar. Iedere kamer had zijn privé tuintje, een minibar en koffie/theefaciliteiten. Sterk WiFi signaal.
Prijs: te duur. 

Ligging: een 16de eeuws pand gelegen in de Sassi Caveoso di Matera (UNESCO werelderfgoed). Het ‘hotel’ bestaat uit verschillende rotswoningen die allemaal zijn omgevormd tot luxekamers.
Kamer: ruime kamer uitgehouwen in de rots, zeer smaakvol ingericht – de eigenaresse was een vrouw en dat merk je aan allerlei kleine details – met een kingsize bed, airco, WiFi. Alle kamers zijn verschillend van grootte/ligging, maar de onze had ook een klein terras met een tafeltje en 2 stoelen.
Badkamer: ruim, met inloopdouche
Faciliteiten:
-Italiaans ontbijtbuffet, dwz vleeswaren/kazen en veel zoet (taarten, cakes, …), fruit, en lekker verse cappuccino.

Algemene indruk: luxe verblijf in het hart van de Sassi, zeer bijzonder! In totaal 6 rotskamers, naast en boven elkaar gelegen, allemaal met eigen ingang. Iedere kamer had een minibar, koffie/theefaciliteiten. Sterk WiFi signaal. Geen parking, maar parkeren kan in een bewaakte parkeergarage op 7 min. lopen (sleutel moet je afgeven) en je kan ervoor kiezen om je bagage naar/van het hotel te laten brengen want het zijn nogal wat trappen …
Prijs: duur, maar zijn geld meer dan waard.

Ligging: aan het strand in San Lorenzo, 2 minuten rijden van Vieste.
Kamer: ruime, beetje ouderwets aandoende kamer met kingsize bed, airco, WiFi, en giga terras met dubbel ligbed en grote hangmat. Zicht op zee.
Badkamer: grote badkamer met kleine douchecabine (dat snapte ik niet goed want er was zoveel plaats om een ruimere douche te plaatsen).
Faciliteiten:
-Uitgebreid ontbijtbuffet, dwz het standaard Italiaanse zoals hierboven maar dan uitgebreid met eitjes, appelsienen om zelf te persen, een volledige prosciutto crudo waar je zelf mocht van snijden, enz. en ook hier weer zeer lekkere verse cappuccino.

-Zwembad in de tuin met veel ligbedden.
-Tennisterrein.

-Eigen privé parking.
Algemene indruk: het roze gekleurde castellino maakte een wat frivole/kinky eerste indruk. Het was ook een rare constructie met in totaal 14 kamers. Alles was zeer netjes en goed verzorgd, en de receptie was 24/7 bemand. Ook hier weer minibar, koffie/theefaciliteiten op de kamer en prima WiFi, maar ook een gezellig groot terras met zicht op zee. Een extra pro: in de kamerprijs zijn twee ligbedden en een parasol bij Lido Marilupe inbegrepen. Het lido bevindt zich schuin tegenover het hotel.
Prijs: zeer goed.

Sel Gris*, Knokke

Ik was deze week vrij en we vonden het, na ongeveer een maand binnen zitten, tijd geworden om een uitstapje te maken. Er werd mooi weer voorspeld – weliswaar koud, het is tenslotte nog putje winter – en dan roept de zee. Knokke werd het, en we namen ineens de gelegenheid te baat om nog eens een sterretje te doen. Mijn keuze was gevallen op Sel Gris in Duinbergen vanwege de uitmuntende kritieken op allerlei websites.

Sel Gris is een mooi restaurant dat op de Zeedijk gelegen is, aan het einde van Duinbergen, net voor de duinen.Het hele restaurant heeft zicht op zee, en vooral in de uitbouw vooraan geniet je voluit van het mooie uitzicht.

Een mooi uitzicht en prima bediening zijn natuurlijk belangrijk, maar het meeste belang hechten we toch aan wat er op het bord komt. En dat was van het begin tot het einde super, maar zoals in ieder sterrenrestaurant ook hier veel frutsels (amuses, friandises) en verder kleine porties. Meer dan genoeg voor mij, voor manlief had het iets meer mogen zijn.


We begonnen met een degustatie van olijfolie (4 verschillende soorten olijfolie bij het brood (+ boter, reuzel, peper en zout uiteraard) en maar liefst negen amuses! Ik kan ze niet meer allemaal opnoemen maar ik onthou vooral de meringue met mousse van aardpeer en zalmeitjes, de salade met alikruiken, de ramboutans gevuld met tartaar van gamba en het sap van de ramboutan, … Heerlijk!
Kanttekening: de tafeltjes voor twee zijn eigenlijk te klein om de hele reeks amuses op een ordelijke manier neer te zetten.

Nadien volgde dan ons viergangen lunchmenu … 

 

Zalm
wortel – sinaasappel – venkel

 

Oosterscheldepaling
fregola – avocado – komkommer – yuzu
Skrei
artisjok – inktvis – schaaldierenjus
 
 Appel – karnemelk – matcha thee
 
Bij de koffie werd er een snoepkar voorgereden waaruit we onze keuze mochten maken. Aangezien manlief een snoeper is, heeft hij gewoon van elk eentje gevraagd. De dame die ons bediende vond het niet eens gek! Ik heb het wat bescheidener gehouden. Vijf mignardises vond ik wel genoeg.
En bij het verlaten van het restaurant kregen we nog een doosje met pralines mee, ‘om thuis nog even na te genieten‘. Zeer attent!

Twee zaken hebben mij gestoord: de randen van de tafelkleedjes waren niet mooi gestreken. Ik weet dat dat komt doordat ze in de droogkast gezeten hebben, maar een beetje goede strijkdienst kan dit er wel uitmangelen. Ten tweede was ik niet wild van het servies. Het zag er mooi en strak uit, maar het bestek op de matte borden maakte een zeer storend geluid. Noem het muggenzifterij … blijkbaar was ik niet alleen met mijn bevindingen want ik hoorde de dame naast mij dezelfde opmerking maken over het servies.

De Molen*, Kaatsheuvel

Restaurantweek lunch bij De Molen in Kaatsheuvel. Een aparte beleving, eten in een echte nog werkende molen. Mooie, rustige zaak met een fijne atmosfeer. Geen stijve bedoening hier, gelukkig maar! De maître was niet direct de hartelijkste mens maar de jongedames waren vriendelijk.

Het eten op zich was een feest voor het oog en voor de smaakpapillen.

Hapje & amuse:
parmezaankroepoek met gerookt vikingzout / krokantje van inktvis
gerookte zalm met structuren van komkommer [helaas maar één amuse hier]

Voorgerecht:
“Het bos”, tak van paddenstoel met emulsie van bloedworst, gepekelde en gerookte reeham (in een ouderwets beenhouwerspapier verpakt), veenbessen, gemarineerde beukenzwam, crème van Tahoon en vinaigrette van veenbes

Tussengerecht (extra gerechtje):
Escabeche van heilbot met schuim van schaal- en schelpdieren, avocado, tomaat en gegrilde prei

Hoofdgerecht:
Op karkas gebraden poussin [drie wel erg kleine stukjes], gekonfijte zuurkool, rode biet, pastinaak, gemarineerde ganzenlever met schuim van hooi en jus van rode wijn

Dessert:
“Blood”, Oude liefde roest niet chocolade & bloedsinaasappel.

Koffie [Nespresso, vind ik persoonlijk wat min voor een *-restaurant]
bonbon met gin & komkommer in de vorm van een doodshoofd / warme beignet gevuld met caramel / macaron / huisgemaakte nougat

Aangepaste wijnen, waarvan de witte een Pinot Gris uit de Elzas, de rode een Leverano uit Puglia [lekker, maar aan de zware kant voor bij het gevogelte].

L’Epicerie du Cirque *, Antwerpen

Het was weer Restaurantweek in België en ik heb me nog maar eens laten verleiden. In eerste instantie tot twee lunches: gisteren – zaterdag – bij Ardent maar daar heeft zoonlief stokken in de wielen gestoken want zijn haagbeuk moest in de grond voor het zou beginnen vriezen en daarbij had hij zijn vader nodig. Ik heb ons netjes en ruim op tijd afgemeld. En niet getreurd, want voor vandaag – zondag – had ik een reservatie voor de lunch bij L’Epicerie du Cirque. Groot was mijn verbazing toen enkele weken geleden bleek dat Michelin hen een eerste ster had toebedeeld. Ik was er dan ook van overtuigd dat ik een perfecte keuze had gemaakt.
 
Even groot was onze teleurstelling toen na de maaltijd bleek dat mijn keuze niet de juiste was geweest.

Waarom?

Het pand op zich al. Het is een lang vrij smal pand met een industriële look. Nu hou ik wel van de industriële look, maar dan moet hij wel mooi en gezellig (ja, dat is mogelijk) zijn uitgevoerd, iets wat hier volledig de mist in ging. Een gepolierde betonnen vloer, witgeschilderde muren, kleine nephouten bistrotafels met – – goed zittende kunststof kuipstoelen. Blijkbaar hadden ze er daar niet voldoende van gekocht want hier en daar stond er een stoffen exemplaar van een andere kleur tussen. Of het erom gedaan was weet ik niet, het kwam mij nogal rommelig over. Gelukkig lagen er wel stoffen servetten op tafel, maar dat was het dan qua aankleding.

Het restaurant was, op twee tafeltjes na, volledig bezet. En dat was te merken! Nog nergens hebben we zo’n slechte akoestiek meegemaakt. Het was zelfs zo erg dat we op een gegeven moment tegen elkaar moesten roepen om ons verstaanbaar te maken. Het rumoer en al die stemmen door elkaar stoorde zo erg dat ik me daar enorm aan geërgerd heb. Van gezellig rustig samen tafelen was geen sprake.

Onmiddellijk bij het binnenkomen – we zaten bij de deur, gelukkig niet aan het eerste tafeltje want telkens de deur openging kwam er een enorme tocht binnen hoewel het niet eens zo koud was buiten – werd ons gevraagd wat we wilden drinken. We wilden wel een glas witte wijn, een fruitige wijn graag. Groot was onze verbazing toen dat niet mogelijk bleek. Er zijn tijdens de Restaurantweek maar twee open wijnen, een witte en een rode, te nemen of te laten. Of een fles uiteraard, maar dat is voor ons te veel want als we nog moeten rijden drinkt manlief maar één glas. Twee glazen wit dus, Côtes de Gascogne, een eenvoudige vin de pays. We bestelden ook een fles water. Water van het merk Nine Degrees 9°. Onderaan op de fles stond het volgende gedrukt: ‘Deze temperatuur (9°) is dan ook de ideale drinktemperatuur‘. Allemaal goed en wel, maar dan zou het wel op de ‘ideale’ temperatuur moeten gehouden worden door middel van een koeler. En dat gebeurt niet.We hadden water met koolzuur waar de stop vanaf werd gedraaid en meegenomen. Gevolg: op het einde van de maaltijd nog nauwelijks koolzuur te zien.

Er stond ook een mini leisteentje op tafel met twee zuinige stukjes bruin brood. Verder een schoteltje met daarop een mooi en lekker boerenbotertje, grof zout en grove peper en een potje met een onbestemd iets (tapenade?).

Al heel snel werden de amuses opgediend: een schaaltje met bloemkool / hazelnoot / Avruga en een leisteen met grijze garnaal / karnemelk / koffie. Dennis Broeckx himself diende op en de aankondiging klonk als ‘diverse bereidingen van bloemkool, …’. Diverse bereidingen van bloemkool … dat moeten die twee pietepeuterige roosjes bloemkool in het schaaltje geweest zijn, te klein om echt te proeven wat het was. Het hapje op de leisteen had gelukkig iets meer smaak.

We hadden nauwelijks onze amuses op toen de voorgerechten al geserveerd werden: pompoen / shiitake / mimolette. Pompoen, check. Shiitake, check. Mimolette? Het zal wel, maar we hebben hem niet gezien en ook niet geproefd. Het was gewoon een vrij smakeloos voorgerecht.

Na een (te) lange pauze volgde dan het hoofdgerecht: pladijs / topinamboer / waterkers. Een pladijsfiletje, wat grote druppels waterkers, een paar nieuwe aardappeltjes, puree van topinamboer (aardpeer) en rauwe schijfjes topinamboer. Hierover werd aan tafel een jus van barabarakruid geschonken. De smaken van het hoofdgerecht zaten allemaal goed, het was een lekker gerecht. Helaas was het al niet meer heel warm toen het opgediend werd. We vonden het zonde om de lekkere jus op het bord te laten liggen, daarom zijn we zo vrij geweest nog een stukje brood te vragen. Gelukkig bleek dat geen probleem maar ik had het prettiger gevonden moest de bediening uit zichzelf nog met brood zijn rondgegaan.

Na weer een redelijk lange pauze kwam het dessert. We hebben er direct maar koffie bij besteld, kwestie van de wachttijd niet onnodig te verlengen. Het dessert citroen / merengue / vlierbloesem (waarbij ze meer dan waarschijnlijk meringue bedoelen)  was niet slecht maar, net zoals de rest van de lunch, zeer eenvoudig en niet echt getuigend van veel creativiteit. Bij de koffie kwamen de gebruikelijke koekjes: een rocher, een mini madeleine, die dingen. En een mandarijn! Wat die daar kwam doen?

Wat mij verder ook nog opviel was de verschillende borden (en glazen) die er door elkaar gebruikt worden. De tafel naast ons kreeg het hoofdgerecht in een wit bord, wij in een zwart bord. Op de een of andere manier stoorde mij dat, en ik vind het ook niet passen in een sterrenrestaurant. Want daar zaten we tenslotte toch. Onze gerechten waren ook helemaal niet in overeenstemming met de gerechten die ik op de kaart terugvind. Bistrokeuken, meer kan ik er echt niet van maken. Prijs/kwaliteit was het correct, ook de aangepaste wijnen waren correct geprijsd, maar ik betaal dan liever tien of twintig euro meer voor een lunch met wat meer bijzondere producten. Van de ‘moderne en gedurfde keuken’ waarover ik gelezen had was geen sprake. Ik stel mij dan ook de vraag wat een restaurateur ertoe drijft deel te nemen aan de Restaurantweek om dan een totaal andere keuken te presenteren dan wat er gesuggereerd wordt op de kaart. Het zet ons er in ieder geval niet toe aan om nog eens terug te keren.

Jammer, want mijn verwachtingen waren hoog. Zeker door de komst van de Michelin ster … die ze zeker niet verdiend hebben met het lunchmenu van deze middag. Ik kan zo tien restaurants opnoemen waar we – ook tijdens de Restaurantweek – veel beter gegeten hebben.

Vier op een rij

Juni 2013 … voor het vierde jaar op rij vertrekken wij richting Portugal. Deze keer alleen naar Cabanas de Tavira met, in de helft van de vakantie, een driedaagse citytrip naar Sevilla. Dat waren we al zo lang van plan, maar steeds kwam er wel iets tussen. Nu had ik het hotel op voorhand geboekt, en ik had er ook een ‘date’ met een Amerikaanse kennis die speciaal voor mij naar Sevilla zou komen met haar man. Nu ja, niet speciaal uit de States want zij logeren negen hele weken in Nerja en ook voor hen zou dit een welkome afwisseling zijn van het strandleven.

Aangezien we prima vluchturen hadden (net na de middag) konden we op 4 juni gemakkelijk met de trein naar de luchthaven. Zoals meestal verliep alles voorspoedig, alleen was onze vlucht een uur te laat. In Faro snel de huurauto opgehaald – eentje van Drive 4 Fun deze keer, een stuk goedkoper dan de gerenommeerde maatschappijen. Na de snelle afhandeling konden we met onze Fiat Punto richting Cabanas. De GPS hadden we niet nodig … we kennen ondertussen de weg.


Onze eerste stop was – zoals gewoonlijk – de pastelaria op de boulevard voor een eerste pingado, een espresso met een klein beetje melk. Daarna de sleutel van het appartement opgehaald bij HomeTeam. Chris was er zelf niet, het was een van de andere mensen. De dame bracht ons naar een appartement op de eerste verdieping hoewel ik haar duidelijk maakte dat wij een benedenappartement gereserveerd hadden. Met haar gebrekkige kennis van het Engels, en mijn gebrekkige kennis van het Portugees, bleek dat het foutief was doorgegeven door HomeTeam. Hoezo, verkeerd doorgegeven door HomeTeam? Ik was toch bij HomeTeam? We snapten er niks meer van. Chris toch maar even gebeld voor alle zekerheid. Het appartementenblokje waar wij er eentje van gehuurd hadden bleek onlangs verkocht aan een andere maatschappij zodat wij nu niet huurden van HomeTeam maar van god-mag-weten-wie. Chris heeft dan contact opgenomen met de nieuwe verhuurmaatschappij omdat wij erop stonden toch het gevraagde appartement te krijgen. Met veel tegenzin toonde de dame ons het benedenappartement. Bleek dit toch niet zo ideaal te zijn. Kleiner dan dat op het eerste en met de inkomhal en de lift vlak naast de slaapkamer. De appartementen zijn wel nieuw en goed geïsoleerd, maar toch. Uiteindelijk hebben we besloten toch maar het appartement op het eerste te houden en daar hebben we geen spijt van gehad. Maar het was in ieder geval geen goed begin. Bon, we hebben uitgepakt en zijn ’s avonds een lekkere dourada grelhada gaan eten.

Woensdag stonden we op met stralend weer. Dat werd dus een stranddag waar verder weinig over te vertellen is.

Donderdag stond er enorm veel wind. We hebben ’s morgens dan maar wat gewinkeld en ’s namiddags hebben we een eind langs de lagune/Ria Formosa gewandeld. Wel mooi daar qua natuur. Onverwacht veel bloemen en bloeiende struiken.

Vrijdag, zaterdag en zondag waren al niet veel beter: wind, zwaar bewolkt en koud! We hebben van armoe wat uitstapjes gemaakt naar plaatsen waar we al vier keer geweest zijn.

We zijn dan ook eens over de Spaanse grens gaan kijken in Ayamonte, een klein stadje op zo’n 25 km van Cabanas. Het was er al even triest als in Portugal … in plaats van een short en een topje hadden we meer behoefte aan een lange broek en een trui. En toch merk je, ondanks het slechte weer (het druppelde af en toe) dat de sfeer daar totaal anders is dan in Portugal. Ergens op een pleintje was er een feestje aan de gang. Mensen stonden in feestelijke kledij te dansen en vrolijk te zijn. Dat zie je in Portugal niet. Portugezen zijn veel ingetogener.

Dinsdag zouden we voor drie dagen naar Sevilla gaan. Ik had het weerbericht wat in de gaten gehouden en gezien dat ze net die dagen om en bij de 40° verwachtten in Sevilla. Sorry, maar dat trek ik niet. Ik heb dan met spijt in het hart het hotel geannuleerd – gelukkig geen probleem als je boekt via booking.com – en de Amerikaanse kennissen verwittigd dat het een dagtripje zou worden op dinsdag. Dat is gemakkelijk te doen, het is maar een uur en drie kwart rijden vanaf Cabanas.

Maandag was het weer zo’n kwakkeldag. We zijn ’s morgens wel even naar het strand geweest maar al snel kwamen er weer wolken opzetten. En impulsief als ik ben stelde ik aan manlief voor om NU naar Sevilla te vertrekken. In zeven haasten wat hoognodige spullen ingepakt en online opnieuw het hotel geboekt. Zo’n lastminute boeking had dan nog het voordeel dat de kamer een stuk voordeliger was dan oorspronkelijk. Het mag ook eens een keer goed gaan!

Sevilla … 28 graden warm en een fijne bries toen we daar kort na de middag aankwamen. We hebben onze auto in een parkeergarage gestald, zijn ingecheckt en direct de stad in gegaan voor een wandeling door onze wijk, de Barrio Santa Cruz, en we hebben gezellig geterrast en tapas gegeten in de overvloedig aanwezige tapasbars. ’s Avonds laat hebben we de kennissen ontmoet en hebben we nog heel lang op het dakterras van het hotel genoten van een goed glas wijn en een zalige temperatuur.

De volgende morgen waren we, na een heerlijk ontbijt op het dakterras, al heel vroeg op pad. Het Real Alcazar en de tuinen, de Catedral waar helaas het hoofdaltaar en ook de Giralda in restauratie waren, de Torre del Oro, de Plaza de Toros de la Real Maestranza de Caballería (een hele mondvol!), de wijk Triana met de Mercado de Triana in het Castillo de San Jorge, het grote Palacio de San Telmo, de indrukwekkende Plaza d’España, de mooie groene parken, … alles is de revue gepasseerd. Maar er blijft nog zoveel over dat we niet gezien hebben, dus we gaan nog eens terug. En ook al was het om half zes ’s avonds nog 37 graden, we hebben er enorm van genoten. Voor mij persoonlijk was dit het hoogtepunt van deze vakantie.

Om acht uur zijn we terug in de auto gestapt en om negen uur stonden we alweer in Cabanas (Portugal staat één uur achter t.o.v. Spanje). Ons appartement was ook weer netjes want de poetsvrouw was geweest, de lakens waren ververst en de stapel handdoeken aangevuld.

Vanaf die woensdag is het dan eindelijk mooi strand-/zwembadweer geworden. Daar valt verder niks over te vertellen.

De voorlaatste dag zijn we nog even naar Mesa do Cume gereden, hoog in de heuvels boven Tavira, waar we vorig jaar zo lekker geluncht hebben. Helaas zijn daar vorige zomer enorme bosbranden geweest, tot vlakbij het restaurant dat sindsdien gesloten is. Triest om te zien hoe het ooit zo mooie groene landschap nu een zee is van bruinig geel. Het zal jaren duren voor de natuur weer hersteld is. Daar waren we toch wel even stil van, want het is een enorm groot gebied dat afgebrand is.

Dinsdag 18 juni was het allemaal weer voorbij en voor we onze auto inleverden en op het vliegtuig stapten hebben we nog een uur in Faro rondgelopen (met alweer een trui aan) en een laatste sumo de laranja gedronken.        

Conclusie: voor mij persoonlijk was vier keer Cabanas één keer te veel. Het weer viel tegen en er valt voor ons niks nieuws meer te ontdekken. Het blijft een leuk plaatsje waar je ongedwongen vakantie kan vieren, maar volgend jaar wil ik toch iets anders (en ik heb natuurlijk al een Plan). Nu manlief nog overtuigen …

Alle foto’s op Facebook!

Logies:

Cabanas de Tavira: Appartement Cabanas Gardens, superior appartement met één slaapkamer met twee enkele bedden, badkamer met bad, lavabomeubel, bidet en toilet. Zeer grote living met flatscreen TV en een keuken met alles erop en eraan, incl. was- en vaatwasmachine, een terras met tuinmeubilair. Airco/verwarming. Gratis wifi. Gemeenschappelijk zwembad met ligbedden, ondergrondse garage. Alle deuren en poorten te openen met toegangscode.
Prijs/kwaliteit: te duur. Het standaard appartement dat we vorig jaar hadden was weliswaar iets kleiner, maar veel mooier en ook een stuk goedkoper.

Sevilla: Hotel Amadeus in de Barrio Santa Cruz. Zeer centraal gelegen hotelletje verspreid over verschillende patriciërshuizen uit de 18de eeuw. Alles staat er in het teken van klassieke muziek. In de centrale patio en de vertrekken errond staan er tal van muziekinstrumenten waar je als gast ook gewoon op mag spelen. Zo konden we ’s avonds genieten van een prachtig pianorecital, uitgevoerd door een van de andere gasten. Een geweldig hotel waar ik zo terug naartoe zou gaan. De kamers zijn niet al te groot, maar zeer proper, met goede bedden en met alle modern comfort. Op iedere verdieping staat er een laptop met printer waar je gratis gebruik van kan maken. Tevens ook overal plateautjes met drank en glazen waarvan je kon nemen naar believen. Op de derde verdieping is er een dakterras waar je rustig wat kan drinken. Er is ook een jacuzzi en enkele ligbedden. Het ontbijt kan je in je kamer nemen, op het dakterras of in een van de vertrekken beneden.
Prijs/kwaliteit: prima.

Eten:
We hebben alle dagen ergens anders gegeten. Ik ga ze niet allemaal beschrijven want het was meestal gewoon lokale Portugese keuken. Voor mezelf even op een rijtje zetten: A Sabores da Ria (Cabanas), Aquasul (Tavira), Bistrot O Porto (Tavira), A Taska (Tavira), O Infante (afschuwelijk! Castro Marim), O Monteiro (Cabanas), O Grelha Peixe (Cabanas), Amore Vero (Tavira), Noélia e Jeronimo (Cabanas), Casa Tomate (Sevilla), Taberna Belmonte (Sevilla), Puerta Oro (Sevilla), Patanchon & Patanchon (Sevilla).

Twee restaurants had ik op voorhand uitgezocht en gereserveerd:

Orangerie in het Villa Monte Resort in de heuvels van Moncarapacho. Toen we de lange oprijlaan inreden, langsheen het golfterrein, naar de hoofdgebouwen (hotel, spa, restaurant) zagen we al direct dat dit een zeer luxe omgeving is. Als niet-hotelgasten werden wij hartelijk verwelkomd op het terras waar we dan bovendien ook nog de beste tafel kregen: aan de voorzijde, met open zicht op de tuin, de heuvels en de zee ver beneden ons.
Men heeft hier drie menu’s: een driegangenmenu (Passions Menu) aan 25 euro, een vegetarisch menu aan 35 euro en een uitgebreid menu aan 55 euro (en 20 euro voor aangepaste wijnen). Uiteraard kan je ook à la carte eten en dat is wat wij gedaan hebben. Bij het aperitief kwam een amuse: een stukje ‘guinea fowl breast with broad bean’. Manlief zijn voorgerecht was ‘confit shrimp salad with tomato pudding‘ en het mijne ‘fish soup with golden bream medallion and fried parsley’. Na de spoom (limoen) werd ons hoofdgerecht opgediend: ‘black pork tenderloin with Xerém and vegetables’. Tijdens het dessert gingen wij weer iedere onze weg. Manlief koos voor het ‘Orangerie dessert’ (verschillende kleine dessertjes) en ikzelf nam de ‘fig parfait with nut pralinée and lime sorbet‘.
De wijn die de sommelier voor ons had uitgekozen was een Assobio Tinto van het bekende huis Herdade de Esporão. Als aperitief hadden we trouwens een zeer lekkere Alambre Moscatel de Setúbal. Bij de koffie kwamen er nog enkele mignardises. We hebben hier prima gegeten.
Prijs voor onze maaltijd: vrij normaal naar Belgische normen, duur voor Portugal.

São Gabriel* Een sterretje tijdens de vakantie, het moet kunnen. We kwamen hier voor de zondagslunch (het restaurant is in de week alleen ’s avonds open). De ‘Sunday Lunch’ bestaat uit een driegangenmenu voor 29 euro. Een koopje in dit segment. Er is keuze tussen twee voorgerechten, drie hoofdgerechten en twee desserts. Manlief koos voor de ‘frothy asparagus soup with quail egg’, ik wou graag de ‘sautéed prawns on avocado salad, tomatoes and coriander’. Zeer smaakvolle voorgerechten. De aspergesoep was trouwens van witte asperges gemaakt, nauwelijks te vinden in Portugal. Hoofdgerecht werd eensgezind ‘pan fried fillet of grouper with ginger on beetroot risotto, spinach and star anise sauce’. Donkerrode risotto, een vreemd gezicht maar wel heel erg lekker ondanks dat ik niet zo van de aardse smaak van bieten houd. Voor de desserts gingen we weer apart. Manlief koos voor de ‘passion fruit and mango tart with fresh mango and its coulis’ en ik voor de ‘coconut panna cotta enhanced with wild berries’. Hier dronken we vooraf een 20 jaar oude Madeira en bij de maaltijd een witte Esporão Reserva. Het eten was hier erg lekker, de service was correct maar minder hartelijk dan bij de Orangerie. De locatie vond ik maar zo-zo. Het restaurant lag aan de drukke weg van Quinta do Lago naar Vale do Lobo en het terras waar de lunch geserveerd wordt is ingesloten zonder enig uitzicht en tamelijk claustrofobisch vanwege de overvloed aan parasols om de zon weg te houden.
Prijs voor onze maaltijd: goedkoop naar Belgische normen. Wat er wel doorsloeg waren de dranken. Die waren een stuk duurder dan de maaltijd op zich.

Een derde restaurant dat ik toch wel noemenswaardig vind is Villa Medici in Carvoeiro. Het is een luxe Italiaans restaurant met een mooi rustig terras. Je kan er een volledige Italiaanse maaltijd eten, maar ook gewoon een pasta of een pizza. Wij hebben er tussen de middag een pizza gegeten en dat was de beste pizza van de laatste tien jaar!

Terborght *, Huizingen

Klasse … luxe … verwennerij … smaken … super … 
Ik kan eigenlijk alleen in superlatieven spreken. Zelden hebben we zo lekker gegeten!

Mooie locatie en mooi pandje ook: oud hoevetje, van nature opgedeeld in verschillende kleine kamers met niveauverschilletjes zodat een intieme sfeer gecreëerd wordt. 

Eén wand, tegenover de receptie, is volledig ingericht als kast voor de (sterke) drankflessen. Geeft een erg mooi kleuraccent op de verder volledig witte muren.

De overige inrichting is minimalistisch met donkere plavuizen vloeren, witte muren met de wat kleinere muurtjes in het lichtgrijs. Erg rustig en sfeervol.

Hier en daar een nis met een mooi beeldhouwwerk.
Aangenaam zittende lederen stoelen aan ruim bemeten tafels, meestal ronde tafels.

Bij mooi weer kan er buiten gegeten worden. Dat lijkt me heerlijk want het is er super rustig! 

Bij de maaltijd kwamen vier soorten overheerlijk huisgemaakt brood, waaronder tomatenbrood waarvan we het recept wel hadden willen hebben! Daarbij een schaaltje hoeveboter, olijfolie en ouderwetse smout.

Ook heerlijke wijnen gedronken: Balestri Valda, Soave Classico, DOC 2010 als aperitief, Muschelkalk Silvaner 2011 (Weingut Am Stein) bij de visgerechten, Spätburgunder Trocken 2011 (Weingut Sander) bij de vleesgerechten.

En zo zag ons menu (met Groupon voucher) eruit:

Vingerhapjes
toastje met ansjovis en paprikacrème
zoute stengels met kikkererwtentapenade
 ~~~
Amuses
zalm mi-cuit – rode biet – wakamé
  
Beerselse kaas – radijs – oester – sorbet van geuze
  
Paling (gerookt en mousse) – amarant – groene kruiden
  
 Tomaat variëteiten (sorbet en geconfijt) – handgepelde grijze garnalen 
gepocheerd kwartelei – spinaziemousseline
  
Voorgerecht
Tonijn (mi-cuit, baluchon, carpaccio) – tijgergarnaal – appel – avocado
  
Tussengerechten
Kabeljauw – risotto – capuccino van schaal- en schelpdieren
  
Ossenstaart – gepocheerd hoeve-ei – pompoencrème – truffel
  
Hoofdgerecht
Mechelse koekoek – wortelsoorten – structuren van ui 
  
Pre-dessert amuses
Vanille panna cotta – banaan – zwarte chocolade
  
Sinaas (sorbet, crème, schijfje)
  
Dessert
Ananas – kokos
   
Koffie & mignardises

 





Mijn Keuken*, Wouw

11 september zijn wij 36 jaar getrouwd. Daar moet natuurlijk op gegeten en gedronken worden, maar aangezien we beiden dinsdag een hele dag moeten werken besloten we om het vandaag te vieren met een mooie lunch bij Mijn Keuken in Wouw.

Toen ik belde om de reservatie door te geven werd mij gemeld dat op 9 september nog steeds het restaurantweekmenu zou gelden, zij plakken er een extra week achteraan. Geen probleem voor ons uiteraard.

Stipt één uur stapten wij het restaurant binnen. Op het terras was niet gedekt want er was kermis op het plein voor het restaurant wat het nodige lawaai met zich meebracht. Waarvan binnen overigens totaal niets te horen was. Het was niet zo druk in het restaurant. Alleen het linker gedeelte – met zicht op de keuken – was bezet. De sfeer is er zeer gemoedelijk, de bediening – 3 jonge mensen – vriendelijk en ongedwongen. Ze maakten zelfs tijd om een praatje te maken.

We begonnen met een glas bubbels (blanc de blancs, 100% chardonnay) en de klassieke knabbels werden op tafel gezet. Terwijl wij het menu bekeken kregen we ook alvast een amuse: tartaar van runderhaas omringd door schuim van aardappel ; bovenop de tartaar een gerookte dooier van een kwarteleitje. Hoe zo’n dooier gerookt wordt is mij een raadsel, maar het was in ieder geval een lekker begin. We besloten het menu uit te breiden met het extra tussengerecht en een selectie te maken uit de passende wijnen. Warme broodjes, wit en bruin, kwamen op tafel, goudgele boerenboter, olijfolie, zoutschilfers en peper. Broodjes werden tijdens de lunch netjes aangevuld. De eerste gang bestond uit rauw gemarineerde tonijnfilet, Noordzee krab, frisse salade van venkel, sorbet van yuzu en een ijsgekoeld soepje van meloen geparfumeerd met vanille. Het licht zure van de yuzu combineerde mooi met het licht zoete van het meloensoepje en vormde samen met de boterzachte tonijnfilet en de groentjes een heel mooi samenhangend gerecht. Hierbij dronken we een Boschendal blanc de noir, een frisse zalmkleurige rosé, die we ook doordronken bij het (extra) tussengerecht: zacht gegaarde dikke Noordzee scholfilet met riso venere nero, diverse schelpdiertjes en een saus van kokkels. Zwarte rijst uit Zuid-Italië, zo werd ons verteld, op smaak gebracht met kleine schelpdiertjes, stukjes mossel en stukjes scheermes. Daarop de perfect gegaarde scholfilet, aan tafel overgoten met de jus van kokkels. Dit was voor mij persoonlijk het lekkerste gerecht van de hele maaltijd.
Als hoofdgerecht kregen we gebraden Hollandse boerderij eend met diverse bosbietjes, zalf van knolselderij en een jus verrijkt met jeneverbessen. De eend was mooi rosé gebraden, de jus was ook erg lekker maar ik ben geen liefhebber van aardse smaken. De groentjes vond ik dus helaas niet zo geslaagd. Behalve dan de zalf van knolselderij die heerlijk zacht was. Bij dit gerecht dronken we een Kaiken cabernet-sauvignon/malbec, een krachtige rode wijn die het zeer goed deed bij de eend.
We kozen voor het zoete dessert: pistache cake met een crème van honing en citroen, gepocheerde perzik, schuim van marsepein met sorbet van perzik. De sorbet van perzik, de pistache cake en het schuim van marsepein vond ik erg lekker, de gepocheerde perzit miste wat smaak. Een zoet dessert mag voor mij echt wel zoet zijn, en dat was deze gepocheerde perzik niet.
Afsluiten deden we met koffieservies waarbij we nog elk drie friandises kregen en een glaasje smort (als ik het goed gehoord heb) (gemaakt van melkwei) met een quenelletje kersensorbet.

Om half vijf waren we pas klaar met eten en na het voldoen van de rekening liepen we tevreden en helemaal voldaan het aangenaam koele restaurant uit.

Kasteel Withof* … een gegeven paard …

Ik weet het wel, een gegeven paard mag je niet in de bek kijken maar ik moet toch even kwijt hoe teleurgesteld we waren in Kasteel Withof. Het begon al niet te best. Ik belde twee weken geleden om te reserveren voor mijn gewonnen menu, zoals het op de bon vermeld was en kreeg een bitse onvriendelijke man aan de telefoon die me zei dat ik via de website moest reserveren. Ik mocht mijn prijs ook niet opnemen op vrijdag, zaterdag of zondag.

Daarom dus vandaag naar Withof. De locatie is enig: een lange oprijlaan, een mooi kasteeltje, en een heerlijk terras met een prachtig zicht op de parkachtige tuin.

We zouden een verrassingsmenu krijgen, wat het marktmenu bleek te zijn: gerookte zalm met wat raap- en bietachtige bolletjes, dorade met venkel als hoofdgerecht en een citroen-meringuetaartje als dessert. Klonk goed, dus wij in volle verwachting van wat komen zou. Het was allemaal lekker (behalve de venkel die nog bijna rauw was) maar voor- en hoofdgerecht waren echt minuscuul. Bij het hoofdgerecht was er ook geen garnituur … foutje van de keuken. Ondertussen was er ook met de service nog van alles misgelopen, niet alleen aan onze tafel maar ook aan de andere tafels. Nochtans waren ze met drie man/vrouw voor zes tafels. Zou toch voldoende moeten zijn om alles op rolletjes te laten verlopen, maar helaas. We hebben er eens goed mee gelachen en besloten om hier nooit meer terug te komen.

En om een lang verhaal kort te maken: we zijn vanuit het restaurant linea recta naar het frituur gereden.