Mestreech

Vrijdag deden we nog eens een uitstap. We reden naar Maastricht en maakten daar een mooie stadswandeling van bijna elf kilometer!!

Wat is het internet dan toch weer een uitkomst. ’s Morgens voor vertrek nog snel een wandeling opgezocht en op mijn telefoon gezet. Wandelen met de gpx viewer is veel fijner dan met een boekje of een stapel papieren je weg zoeken.

Onze wandeling ging door het Aldenhofpark en het Stadspark, over de Romeinse stadsomwalling, over kinderköpkes (kasseien) in rustieke steegjes, over het Ezelsplein, het Keizer Karelplein, het Vrijthof, …

We bewonderden het Stadhuis, de Sint Servaasbasiliek, de Basiliek van Onze Lieve Vrouw Tenhemelopneming, de Minderbroederskerk, de Helpoort, de Sint Servaasbrug, …

En we passeerden langs restaurants en terrasjes, véél terrasjes in deze bourgondische stad. En ook veel zon. En wat doen wij dan? Juist, ja. Uitgebreid genieten van lekker eten en drinken.

In het winkeltje van de Bisschopsmolen kochten we nog Limburgse vlaai om mee naar huis te nemen want die kon er na de lunch echt niet meer bij.

Het was een fijne dag in Maastricht.

Antwerpen (2)

Op de enige zonnige dag van vorige week (zaterdag) deden we nog eens een 10.000-stappen wandeling in onze mooie stad want er valt binnen postcode 2000 nog veel meer te zien dan het historisch centrum en het (oude) schipperskwartier.

Deze keer 10.000 stappen “langs de wortels van het KMSKA” (Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen). Een wandeling die ons onder andere meer leerde over het ontstaan van het museum.

De wandeling start aan de Handelsbeurs, in het centrum van de stad. De Handelsbeurs ontstond in de 15de eeuw. Al van in het begin was het een inspirerende plek en een economische trekpleister. In 1583 en in 1858 brandde het gebouw volledig af, waarna het weer opgebouwd werd in neogotische stijl. Deze prachtige ‘moeder aller beurzen’ stond model voor heel wat andere beurzen in Europa. Het is dan ook echt een prachtig gebouw! Wanneer er geen evenementen zijn kan de benedenverdieping bezocht worden. Een aanrader!

Het is in de Handelsbeurs dat de kiem ligt van het KMSKA. Tijdens de Gouden Eeuw passeerde veertig procent van alle handel in Europa via de beurs in Antwerpen. Maar er was niet alleen handel, er was ook kunst.

De kunstschilder David Teniers richtte een academie op in de schoot van de Sint-Lucasgilde. Heel wat schilders en beeldhouwers volgden er les en stelden er tentoon. Zo kon er een rijke verzameling opgebouwd worden. Al snel was er nood aan meer ruimte en in 1664 verhuizen de gilde en academie naar een vleugel van de Handelsbeurs. In 1773 wordt de Sint-Lucasgilde ontbonden. De kunstcollectie komt in het bezit van de academie.

We lopen langs de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten, en langs de gebouwen van de Universiteit Antwerpen met onder andere het mooie Hof van Liere.
De Blindestraat, de Venusstraat, de Prinsstraat, de Ossenmarkt … een gezellige studentikoze buurt met veel “koten” (studentenkamers) en cafeetjes. En hier en daar een mooie mural of een kapelletje tegen de gevel. Ik heb mooie herinneringen aan deze wijk.

Ik spring een eeuw verder. De kunstcollectie wordt zo uitgebreid dat het academiemuseum te klein wordt. In 1875 wordt er beslist om een nieuw museum te bouwen. Het museum opent voor het publiek in 1890.

De Teniersplaats loopt naadloos over in de de Keyserlei, genoemd naar kunstschilder Nicaise de Keyser die in de 19de eeuw nog een tijd directeur van de Academie is geweest en een eigen zaal kreeg in het KMSKA.

Op de Teniersplaats en Leysstraat vind je prachtige imposante gebouwen in neo-barokstijl

Van de de Keyserlei lopen we naar het Stadspark. Het had niet veel gescheeld of het KMSKA had in het Stadspark gestaan. Maar het Zuid was toen in volle ontwikkeling en daarom werd er voor die locatie gekozen.

We lopen verder langs “de Leien” en het bekende Mechelseplein richting Het Zuid. Onderweg zien we mooie herenhuizen en veel restaurantjes en terrasjes.
Net zoals Het Eilandje en Zurenborg is dit een hippe buurt in Antwerpen.

Zo komen we dan uiteindelijk aan het KMSKA. Het museum heeft best al wat meegemaakt. Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog worden alle kunstwerken naar de bomvrije kelder gebracht. Ook kerken en ander openbare instellingen mogen hun kunstwerken hier in veiligheid brengen.

Nog geen veertig jaar na de opening is het museum al te klein. Vier binnenkoeren worden overdekt om zo extra ruimte te creëren. De ramen aan de binnenkant verdwijnen en de galerijen worden omgetoverd tot echte museumzalen.

Een beveiligde kelder is niets zonder een breder rampenplan. Daarom zitten in de centrale zalen vanaf de ontwerpfase luiken in de vloer. Via deze weg kan het museum kunstwerken voorzichtig naar de kelder takelen. Bij het uitbreken van WO II laat het personeel vele schilderijen opnieuw in de kelder zakken. Dat houdt uiteraard de dreiging niet tegen. Op 13 oktober 1944 om 9.45 uur valt de allereerste Duitse vliegende bom op Antwerpen, net naast het museum. Ze maakt 32 slachtoffers. Het museum en enkele kunstwerken zijn zwaar beschadigd. De glazen daken breken in duizenden stukken. De herstelling van de oorlogsschade duurt jaren. 

In 1976 start een grootschalige renovatie ter voorbereiding van het Rubensjaar dat in 1977 plaatsvindt. Het (ver)nieuw(d)e museum is een gigantisch succes.

Nu spring ik ineens naar 2011. Dan start de grootste verbouwing aller tijden om het museum zijn oorspronkelijke grandeur terug te geven. De restauratie en uitbreiding duurden uiteindelijk de volle elf jaar. Het museum werd heropend op 24 september 2022.

KMSKA

We wandelen nog een blokje rond het museum en door de tuin die je vrij kan bezoeken en eten een lekkere pasta bij La Nuova Era, om daarna via de Volkstraat, Nationalestraat en Groenplaats – alwaar ik nog een blik werp op de mooiste toren van ’t stad – weer naar de Handelsbeurs te stappen. Een fijne wandeling van iets meer dan 10 kilometer.

Wintervakantie

Waarom niet nog eens naar de sneeuw, opperde ik half december tegen mijn wederhelft. Een keer iets anders dan warm en/of ver. Het was tenslotte alweer enkele jaren geleden dat we een wintervakantie deden.

Zo gezegd, zo gedaan.

Omdat wij niet bij nacht en ontij willen vertrekken, en ook niet bij nacht en ontij ergens willen aankomen, hebben we de rit opgesplitst en zijn we onderweg in Rüdesheim am Rhein gaan overnachten. Het is daar nu totaal geen toeristisch seizoen en gelukkig had ik onderweg het enige restaurant dat open was geboekt, want anders hadden we zelfs geen eten gehad.

Ik denk echter dat je daar in de zomer over de koppen kunt lopen want het stikt er van de wijngaarden, wijnhuizen en proeflokalen. Maar daar hadden we nu geen last van en we hebben goed en rustig geslapen.

De volgende dag nog een goeie 450 km tot onze eindbestemming Oberstdorf-Kleinwalsertal. Veel Baustellen onderweg en de bijbehorende Stau maakten dat we maar in de helft van de namiddag ter bestemming waren. Nadat we ons geïnstalleerd hadden in het geboekte aparthotel hebben we een verkennende wandeling gemaakt in het stadje. Het sneeuwde lichtjes. Het had trouwens de hele zondag en de nacht van zondag op maandag gesneeuwd. Gelukkig voor ons want het was geleden van 5 februari en toen ik de dag voor ons vertrek de webcam nog eens checkte was er in het dorp geen plekje sneeuw te bespeuren.

Oberstdorf is best een toeristisch stadje met chique winkels, veel restaurants en tearooms met lekker gebak. Dat laatste, daar kennen ze in Duitsland wat van.

Op dinsdag straalde de zon ons tegemoet en maakten we een flinke wandeling door het besneeuwde landschap. Tegen 16u was ik helemaal kapot. Een lekker stuk taart was zeer welgekomen.

We wilden graag proberen of het langlaufen nog zou lukken. Dat was zo’n 35 jaar geleden. Dus hebben wij woensdag langlaufmateriaal gehuurd en op een wei in de buurt gelanglauft. Ik waagde me niet aan een loipe met hellingen want ik was echt wel bang om te vallen. Manlief trouwens ook, met zijn heupprothese. Maar wat ik niet wou is toch wel gebeurd hoor. Op een gegeven moment kantelde mijn rechterski plots een beetje en ik viel gewoon om. Echt omvallen, zoals je dat soms ziet op van die slapstick filmpjes. Gelukkig niks aan de hand, ik heb me niet eens pijn gedaan. Het ergste/moeilijkste was nog terug recht geraken. Maar ook dat is gelukt, met enige hulp weliswaar.

Donderdag namen we met prachtig zonnig weer de kabelbaan naar de Fellhorn. Op een hoogte van 1790 meter kan je daar een mooie – zij het korte – winterwandeling maken met zicht op de skiërs en snowboarders. Het wandelpad was geprepareerd en maar goed ook, want als je van het pad afweek stond je gelijk een halve meter in de Tiefschnee.
De hoogtezon was zodanig warm dat ik het laatste stuk zonder jas heb gewandeld en dat we aan het bergrestaurant nog een uur in een ligstoel hebben genoten van de zon. Het was er een drukte van jewelste.

Na de wandeling zijn we de grens over gereden naar de dorpjes aan de Oostenrijkse kant van het Kleinwalsertal. Er lag daar overal nog heel veel sneeuw. We besloten dan ook om hier nog eens te komen wandelen later deze week.

Een van de activiteiten die we zeker wilden doen was een wandeling door de Breitachklamm. Dit unieke natuurmonument ligt in Oberstdorf-Tiefenbach en is de diepste en een van de indrukwekkendste rotskloven van Midden-Europa. Het water dendert er langs de honderd meter verticale en overhangende rotswanden naar beneden. In de zomer verdwijnt het in de rivier, in de winter bevriest het en wordt het een waar schouwspel van ijskunst. Wat hadden we geluk want de Klamm is 3 maart pas opnieuw opengegaan na sluiting van een week omdat de temperaturen zó hoog waren dat het ijs begon te smelten. Het is dan te gevaarlijk om door de kloof te lopen. Het gebaande pad wordt één ijspiste en je wil ook niet zo’n enorme ijspegel op je hoofd krijgen.

Wat was dit mooi! Het hoogtepunt van onze vakantie. Oordeel zelf.

Zoals we eerder al van plan waren, hebben we nog een prachtige wandeling gemaakt in Oostenrijk. Vanuit Baad, het laatste en hoogst gelegen (1244 meter) van de drie dorpen in het Kleinwalsertal, omringd door 36 bergtoppen, wandelden we over geprepareerde wandelwegen naar de Bärgunthütte op 1408 meter. Ik ben een heel slechte klimmer. Bij het minste hellinkje gaat mijn hartslag enorm te keer, het resultaat van conditie nul. Daarom koos ik voor de Talweg die de hele tijd ‘vals plat’ is, maar dat is voor mij beter te doen dan de Panoramaweg die stijgt en daalt en die manlief gelopen heeft. Hoe zwaar de wandeling voor mij ook was, ik heb genoten van elke stap. Eens boven aan de hut was het zalig zitten in de zon en genieten van de ongerepte natuur en een groot bord Kaiserschmarrn. En terug was een fluitje van een cent want altijd dalen. Niet goed voor de knieën en die voelde ik ook wel. Een heel fijne wandeling!

Deze vakantie was alles wat we gehoopt hadden en nog veel meer. De weer- en andere goden waren ons uiterst goed gezind. Hier kan ik weer een tijd op teren.


Februari

“Februari is nooit zo fel, of ze heeft zijn drie zomerse dagen wel”.

Of ik het nu echt zomerse dagen kan noemen??? De zon heeft vaak geschenen, meer dan de beloofde drie dagen, dat wel, maar wat was het soms kouuuud!

Zonsopgangen zijn, vanwege het vroege uur, aan mij niet besteed maar een mooie zonsondergang kan ik erg appreciëren. En die kregen we!

In tegenstelling tot januari is februari voorbij gevlogen. Dat komt natuurlijk omdat we nogal uithuizig waren.

Begin van de maand waren we twee dagen in Amsterdam.

We gingen in Renesse naar het straô rieën kijken en afsluiten deden we met een heerlijke lunch bij Bistro Zeelandia in Colijnsplaat. Altijd goed daar!

Op een van de zonovergoten dagen hebben we een stadswandeling gemaakt in onze eigen mooie stad.

We hebben ook wat geklust in huis, onder andere een muur in de hall geverfd om het groot eigen werk van schoonbroer een mooie plaats te geven.

Ik had best veel lunch dates met vriendinnen, en ook met manlief. Kan ik altijd héél erg van genieten.

En we zijn naar de cinema geweest. Eerst naar Close, een film van een Belgische regisseur, al veel prijzen gewonnen en genomineerd voor een Oscar. Terecht, want het was een prachtig aangrijpend drama met briljante jonge acteurs.

En vorige week zagen we Zillion, ook een Belgische productie. Als film niet slecht maar totaal niet mijn wereld. Nooit geweest ook.

We pikten ook nog een concert mee van Julien Clerc waarover je hier al kon lezen.

En tijdens de themamiddag van Klankbord was me gevraagd om deel uit te maken van de werkgroep om de bijeenkomsten mee te organiseren, nieuwsbrieven op te stellen, een website op poten te zetten, enz. Zo’n “werk” ligt me wel en de eerste brainstormsessie is achter de rug.

Er waren ook minder prettige dingen. Zo was er weer een letsel in mijn mond dat er niet hoorde. Een kleine doch pijnlijke zoveelste ingreep was het gevolg. Het weggesneden weefsel werd opgestuurd voor onderzoek. Afwachten dus. Wel jammer dat het gebeurde op een moment dat ik de toekomst weer wat rooskleuriger zag. Ik ga er verder niet over zeuren, dat heeft geen zin. Ik wil me focussen op het positieve en er was heel veel positiefs de afgelopen maand.

Terwijl je dit leest zijn wij op vakantie in Oberbayern. Ik had zin in een weekje sneeuw. Kwestie van eens iets anders te doen. Daarover lees je uiteraard zodra we terug zijn.

Antwerpen (1)

Gisteren maakten we deze stadswandeling doorheen het Schipperskwartier in Antwerpen onder een stralende zon.

Gazet van Antwerpen publiceert wel vaker 10.000-stappen wandelroutes. En het is niet omdat we de stad op ons duimpje kennen, dat er niet altijd ook wel iets bij te leren valt. Bijvoorbeeld hoe bepaalde verpauperde stadsdelen in de loop der jaren geëvolueerd zijn naar hippe plaatsen om te wonen.

Deze wandeling bracht ons van de Grote Markt langs het Stadhuis naar Het Steen, want dit is waar de stad ontstaan is in de 13de eeuw. Het Steen deed dienst als residentie van de markgraaf maar in de burcht was er ook een kerk en een openlucht rechtbank. Aan het water bevond zich ‘de werf’, een uitsprong met aanlegplaats voor schepen. In 1221 kreeg Antwerpen stadsrechten en kon ze zich een stad noemen.
Van begin 14de tot in de 19de eeuw was Het Steen een gevangenis. Vandaag is de toeristische dienst er ondergebracht.

Van het Steen wandelden we naar Het Vleeshuis. De Vleeshuiswijk is de oudste wijk van de stad. Het Vleeshuis werd gebouwd tussen 1501 en 1504 in opdracht van de rijke beenhouwersgilde. Het is een gebouw in gotische stijl, een dure stijl die typisch is voor kerken. De slagersgilde was rijk genoeg. Hier werd het vee, dat van de Veemarkt kwam, op straat geslacht en binnen verkocht. Tijdens de Franse Revolutie eind 18de eeuw werden de gilden afgeschaft en verloor het Vleeshuis zijn functie. Het werd onder meer een opslagplaats. Vandaag is het een museum dat de muzikale geschiedenis van de stad toont.
De Vleeshuiswijk was van in het begin een heel levendige, volkse buurt. Hier woonde iedereen die iets met de haven te maken had, vaak in kleine beluiken. Tijdens de Tweede Wereldoorlog sloeg een V1-bom in op de wijk waardoor een groot stuk van de wijk werd weggevaagd.

Verder door naar de Stadswaag. Deze bevindt zich op de grens van het Schipperskwartier en de Universiteitsbuurt. Op de waag werden in de middeleeuwen goederen gewogen die via de haven binnenkwamen.
In de jaren ’60 en ’70 was de Stadswaag een druk bezochte uitgaansbuurt. Dat kan ik getuigen, want ik heb er in 1974 tijdens een thé dansant van de hogeschool mijn echtgenoot leren kennen!

Via het Falconplein stapten we recht de prostitutiebuurt in, meer bepaald de Villa Tinto, het best georganiseerde en veiligste raamprostitutiehuis van België. Het pand dat tussen drie straten loopt werd 18 jaar geleden geopend. De prostituees die er werken, huren per shift een van de 51 ramen en worden officieel geregistreerd. Ze kunnen binnen met een vingerafdruk, wat onderverhuring onmogelijk maakt.
Het fenomeen ‘raamprostitutie’ ontstond in de jaren ’70, toen de havenactiviteiten verhuisden naar het noorden van de stad en de zeelui niet meer automatisch in deze buurt belandden. In de jaren ’90 was dit een gure buurt vol criminaliteit, mensenhandel, overlast en kijkfiles… Vandaag zijn de straten autovrij en is het een gecontroleerde en leefbare plek.

We vervolgden onze weg en gingen via het MAS, in het noorden van de stad naar de Koolkaai. Hier ontwikkelde zich de prostitutiebuurt bij het ontstaan van de stad en dat zou zo blijven tot in de jaren ’70 (zie boven). Nu is het een fijne en rustige buurt om te wonen.

Op de terugweg naar het historisch centrum namen we nog de Veemarkt mee. Hier bevindt zich de monumentale Sint-Pauluskerk in laatgotische stijl uit de 16de eeuw. In de kerk vind je werken van Rubens, Teniers, Van Dyck en Jordaens. Zeker een bezoekje waard (als ze open is)!

In Antwerpen zijn er veel straten waarvan de naam eindigt op “vliet”, “rui” of “vest” (Kaasrui, Sint-Katelijnevest, Brouwersvliet, …). Hoe dat zo komt?
In de Middeleeuwen had Antwerpen een uitgebreid netwerk van kanaaltjes: ruien, vlieten en vesten. Oorspronkelijk werden ze gegraven als verdedigingsgordel van de stad. Later werden ze gebruikt als binnenhaven en als systeem voor watervoorziening. Uiteindelijk werden het open riolen. Omdat deze zorgden voor geuroverlast werden de ruien overwelfd zodat de geurhinder beperkt kon worden en er meer plaats was voor bebouwing. Pas in de 19de eeuw waren de ruien geheel overdekt. De ruien kunnen trouwens bezocht worden.

En zo kwamen we terug bij Het Steen en beëindigen we onze wandeling via de hoge wandelterrassen vlak naast de Schelde. Daar is ook de nieuwe cruiseterminal gelegen. In 2023 ontvangt Antwerpen 23 oceaancruisers. Deze meren aan in het centrum van de stad, op letterlijk 200 meter van de kathedraal, wat toch vrij uniek is.
Het was een fijne stadswandeling.

Bron: Gazet van Antwerpen
Foto’s: MyriamC

Amsterdam

Bij Rietepietz had ik gelezen over een tentoonstelling in Fabrique des Lumières in Amsterdam die me meteen aansprak. Het is een ‘immersive experience’ van Gustav Klimt en Friedensreich Hundertwasser. Ik heb niet geaarzeld en meteen tickets besteld want de tentoonstelling liep maar tot 5 februari.

Aangezien Amsterdam niet bij ons om de hoek ligt waren we het er heel snel
over eens om er een weekend van te maken. Een hotel was gauw geboekt, maar niet in Amsterdam zelf. De prijzen zijn echt niet meer normaal te noemen, zelfs aan de rand van de stad. Zaandam is slechts een kwartier treinen van Amsterdam Centraal en daar wisten we wel een leuk en betaalbaar hotel en konden we onze auto veilig achterlaten.

We waren al vroeg vertrokken thuis, zaten al om 10u30 in een koffiebar. Zo hadden we ook nog ruim de tijd om in de Jordaan wat hofjes te bezoeken en uitgebreid te lunchen alvorens ons te begeven naar Fabrique des Lumières voor ons tijdslot van 14u30.

Fabrique des Lumières is een modern cultuurpark op de terreinen van de
voormalige Westergasfabriek in het Westerpark. Het gebouw is door zijn unieke architectuur met muren van 17 meter hoog en een vloeroppervlak van 2800 m² bij uitstek geschikt voor digitale voorstellingen. In het verleden werd hier ook al de immersive experience van Vincent Van Gogh vertoond. Die tentoonstelling hebben wij in de zomer van 2020 gezien in Antwerpen. Het was niet zo lang na mijn zware operatie en ik heb er toen eigenlijk weinig van meegekregen.

Ik moet zeggen, deze sprak mij veel en veel meer aan dan die van Van Gogh.
De explosie van kleuren bij de projecties van Hundertwasser ; de vrouwenfiguren, het goud en de landschappen van Klimt, de muziek perfect afgestemd op de beelden. Overweldigend!

Dit soort voorstellingen maken kunst bereikbaar en behapbaar voor iedereen,
ook al ben je geen kunstkenner.

PS Vanaf 10 maart loopt er een gelijkaardige expositie rond Dalí en Gaudí. Ik denk dat wij dan nog wel een keer naar Amsterdam afzakken.

Alleen zo jammer dat je dit niet zittend kan beleven. Na een uur rechtstaan en wiebelend van het ene been op het andere was mijn rug gebroken.

Gelukkig was er op het terrein van de Westergasfabriek een tearoom waar we wat konden uitrusten om nadien weer de stad in te gaan en onze wandeling door de Jordaan en Oud West te vervolgen.

Na het heerlijke mezze-tapas diner bij Oresti’s Taverna en met 13 km in de benen was het heerlijke bed in het Zaan hotel al wat we nog nodig hadden.

Na een verkwikkende nachtrust, een warme douche en een uitgebreid ontbijt treinden we weer naar Amsterdam voor het volgende deel van de stadswandeling die ik had uitgestippeld: een ander stuk van de Jordaan die nu een dure en hippe buurt is, aldus een bewoonster met wie we een lange babbel hadden. Lunchen deden we bij The Good Companion, op aanraden van deze bewoonster.

Dan door over de Grachtengordel, de Bloemenmarkt met duizenden tulpenbollen die je nu echt NIET moet kopen, de Negen Straatjes met zijn exclusieve winkeltjes, de stilte van het Begijnhof, stukje Kalverstraat en snel weer weg want veel te druk, Rembrandtplein, De Dam met het Koninklijk Paleis, een tijdje gezeten bij Brasserie Meuwese op het Rokin en over het Damrak terug naar Amsterdam Centraal. Na 17 km lopen vonden we het welletjes geweest.

Amsterdam is een leuke stad met zijn grachtengordel met grachtenpanden met trap-, klok- of halsgevels, veel water, bruggen en bomen. Voor mij mist de stad wel de grandeur van steden als Parijs of Londen, zelfs Antwerpen. Het is niet verboden een afwijkende mening hebben.

Het waren twee heel fijne maar vermoeiende dagen.

Januari

De lange maand januari is voorbij. Ja, ik vind ieder jaar dat het lang duurt eer januari voorbij is. Komt misschien wel door de drukte van de feestmaand.

Januari was een beetje een triestige maand. Veel regen, wind en grijze lucht, een enkele mooie dag niet te na gesproken. We kregen ijs, en een beetje sneeuw.

We vierden al twee verjaardagen: die van zoonlief op 2 januari ; die van manlief op 21 januari. Gaat altijd gepaard met een lekker etentje met het gezin.

In de helft van de maand hadden we ook nog een gezellig feestje met de schoonfamilie. Het was van 2019 geleden dat dat we vier van de zes familieleden nog gezien hadden. In de tussentijd waarde er een hardnekkig virus rond en, ach, we zijn niet zo close met de “koude kant”.

Veel deden we niet in januari. We bezochten Winterfloridylle in Meise, Wintersfeer in Damme en gingen in Knokke naar het vuurwerk kijken.

We deden een cinemake: Le otto montagne, een film van een Belgisch regisseurskoppel die op het filmfestival in Cannes in de prijzen viel.

We bezochten ook nog de Vakantie Expo, om ideetjes op te doen voor een reis in het najaar. Jaaaren geleden dat we op het Vakantiesalon (zoals dat vroeger heette) waren. Ik had nooit nood aan ideetjes want we verbleven de laatste vijf jaar heel de maand oktober in Spanje. Aangezien we nu eens wat anders willen kwam de Vakantie Expo op het juiste moment. Waar het vroeger een evenement was waar we met gemak een halve dag konden rondlopen, hadden we het nu op een klein uur gezien. Maar we waren er eens mee weg.

In het restaurant waar we nadien lunchten hing volgend bordje in het toilet: If you sprinkle when you tinkle, please be neat and wipe the seat. Vond ik wel grappig.

Op het einde van de maand hebben we ook nog wat nuttigs gedaan: op onze zieke kleinzoon gelet. Wat begonnen was als valse kroep ontaardde in een lelijke luchtweginfectie met ademhalingsproblemen en hoge koorts. Ocharme het ventje.

Hopelijk wordt februari beter voor iedereen en kan ik weer wat actiever zijn (op de fiets), maar als onderstaande weerspreuk gelijk krijgt, dan gaat daar weer niets van in huis komen.

“Heeft januari koude en droge dagen, dan zal in februari de sneeuw u plagen”.

Bye, bye, januari. Blij dat je voorbij bent.

Ochtendwandeling

Wat was het een mooie zonnige ochtend gisteren. Het leek wel lente. Hoog tijd om nog eens een foto te nemen voor mijn album ‘Blue‘ op Facebook. Daarin ik tracht elke blauwe-lucht-dag een foto te plaatsen. Omdat ik nogal lui van aard ben is dat er vaak een vanuit het keukenraam, of het raam van de slaapkamer, vanuit de tuin, enz.

Dus dacht ik: de zon schijnt, ik ga naar de heide, wandel tot aan de ‘grote zandbak‘ zoals kleinzoon de zandvlakte noemt en maak daar een foto. Maar toen ik daar was – minder dan 5 minuten stappen – vond ik het zo’n zonde om terug te keren dat ik er een rondje van gemaakt heb.

Het resultaat van mijn sportieve uitspatting is heel veel (blauwe) foto’s!

WinterFloridylle & Wintersfeer

Zoals eerder al geschreven, brachten wij op 5 en 6 januari een bezoek aan bovenstaande events.

WinterFloridylle
De website van de Plantentuin in Meise beloofde een magisch sprookjesbos: “het betoverende lichtfestival WinterFloridylle neemt je mee op een tocht van 3,5 km langs prachtige lichtinstallaties. Piet Goddaer componeert alle muziek voor deze editie van WinterFloridylle en dompelt je onder in een sensationele muzikale ervaring“.

Aldus de website. In realiteit was het een modderige bedoening in een pikdonker park waar je bij momenten bijna je nek brak. De lichtinstallaties lagen ook allemaal vrij ver uit mekaar en wij vonden het niet echt de moeite van de verplaatsing waard. Ook de muziek sprak ons niet meteen aan.

Toch wat foto’s.

Ik had medelijden met de juffrouw die daar zo mooi stond te kwelen met haar voeten in het water …

Wintersfeer
Bloemenkunst in het Sint-Janhospitaal in Damme door de internationaal gerenommeerde bloemenkunstenaar Frederiek Van Pamel“.
Ik kende Frederiek Van Pamel niet, maar ik hou wel van bloemen. Al vond ik dit meer groene takkenkunst dan bloemenkunst. Inherent aan het seizoen uiteraard. Al bij al vond ik het, op enkele stukken na, nogal bombastisch.

Jaaroverzicht 2022

Na twee covid-jaren zou 2022 het jaar van de Vrijheid worden. Zou, zeg ik wel want er waren nog redelijk wat beperkingen. Reizen bijvoorbeeld was in het begin van het jaar nog een heel gedoe. Je moest of een vaccinatiecertificaat of een herstelbewijs kunnen voorleggen, ofwel een PCR-test laten afnemen én de papierwinkel moest in orde zijn (inreisformulier, PLF-formulier, …). In de loop van het jaar werd het ook duidelijk dat covid nog niet de wereld uit was. De cijfers stegen opnieuw torenhoog.

Op 24 februari brak de Russisch-Oekraïense oorlog uit. Het was de start van het grootste militaire conflict in Europa sinds WO II. De beelden van de bombardementen en de miljoenen vluchtelingen hebben niemand onberoerd gelaten.

De gas- en elektriciteitsprijzen swingden de pan uit en de inflatie bedroeg op een bepaald moment maar liefst 12%.

En dan was er ook nog #woke, LGBTQIA+ en de klimaatklevers. Zucht voor die laatsten. Een leuk woord, maar wat denken ze zo te bereiken?!

Op persoonlijk vlak was er niets dat eruit sprong, niet positief en niet negatief. Het was een gewoon gematigd jaar met een veel te hete zomer, dat wel.

Gezondheidsgewijs was er geen verbetering, eerder het tegenovergestelde, maar mijn controles waren gelukkig altijd goed. Dit in tegenstelling tot drie nichten die in de loop van het jaar de diagnose kanker kregen. K**ziekte!

Wat het sociale betreft was het voor mij nog heel erg zoeken na twee wel heel stille jaren. De behoefte aan veel sociaal contact bleef uit. Onze overjaarse jeugdclub organiseerde best al wat activiteiten maar veel zin om deel te nemen hadden we nog niet. We hielden het bij eetafspraken met een paar goede vrienden.

Mijn sportieve kant, voor zover ik die heb, laat zich zien in wandelen en fietsen.
Strava zegt me dat ik 2.481 kilometer gefietst heb, dat is 11 kilometer minder dan in 2021. De hitte tijdens de zomermaanden zal daar wel iets mee te maken hebben. Ik heb daarentegen wel 66 kilometer meer gestapt, in totaal 270 kilometer. Doel bereikt, denk ik dan.
Strava blijft een fantastisch leuke en, voor mij, motiverende app.
Op naar een nieuw sportief jaar!

Al bij al was het voor ons wel weer een goed reisjaar. We zijn vaak weggeweest, soms kort, soms lang. We hebben gefietst en gewandeld in binnen- en buitenland. Daar genieten we allebei heel erg van.

Aan foto’s geen gebrek, aldus hierna een impressie van onze activiteiten. Ik heb ze in twee slideshows gezet: eentje Benelux en eentje Frankrijk/Spanje. Het is een beetje een rommeltje geworden vrees ik …

Fijne jaarwisseling!!!


Voor mijn archieven:
Januari – 1 nacht hotel My, Malmédy
Maart – 10 nachten H10 Big Sur, Tenerife
April – 3 nachten Van der Valk, Emmeloord
Juni – 1 nacht Ibis Styles, Mâcon
Juni – 7 nachten Le Petit Ramsès, Sainte-Maxime
Juni – 3 nachten Les Alizés, Évian-les-Bains
Juli – 2 nachten hotel Bornholm, Terschelling
Augustus – 1 nacht Parkhotel, Izegem
September – 2 nachten B&B De Passant, Breskens
Oktober – 31 nachten app. El Lagar, La Cala de Mijas, incl. 2 nachten B&B Cádiz
November – 2 nachten Van der Valk Cuijk, Nijmegen