Toen we bij hem waren op het nieuwjaarsfeestje had hij voor elk van zijn broers en zus een verrassing: we mochten een werk kiezen uit zijn onverkochte collectie. Hij heeft zelf geen plaats meer om werken op te hangen en gaat aan iets totaal anders beginnen. Wat, dat blijft nog een verrassing.
Wij kozen voor Sunrise, een groot driedelig werk in papierkunst in felle kleuren (ik krijg de kleuren niet goed op de foto).
Het is zeker niet ieder zijn ding, maar wij vinden het mooi en zijn er heel blij mee. Het fleurt onze hall helemaal op.
Gisteren maakten we deze stadswandeling doorheen het Schipperskwartier in Antwerpen onder een stralende zon.
Gazet van Antwerpen publiceert wel vaker 10.000-stappen wandelroutes. En het is niet omdat we de stad op ons duimpje kennen, dat er niet altijd ook wel iets bij te leren valt. Bijvoorbeeld hoe bepaalde verpauperde stadsdelen in de loop der jaren geëvolueerd zijn naar hippe plaatsen om te wonen.
Deze wandeling bracht ons van de Grote Markt langs het Stadhuis naar Het Steen, want dit is waar de stad ontstaan is in de 13de eeuw. Het Steen deed dienst als residentie van de markgraaf maar in de burcht was er ook een kerk en een openlucht rechtbank. Aan het water bevond zich ‘de werf’, een uitsprong met aanlegplaats voor schepen. In 1221 kreeg Antwerpen stadsrechten en kon ze zich een stad noemen. Van begin 14de tot in de 19de eeuw was Het Steen een gevangenis. Vandaag is de toeristische dienst er ondergebracht.
Van het Steen wandelden we naar Het Vleeshuis. De Vleeshuiswijk is de oudste wijk van de stad. Het Vleeshuis werd gebouwd tussen 1501 en 1504 in opdracht van de rijke beenhouwersgilde. Het is een gebouw in gotische stijl, een dure stijl die typisch is voor kerken. De slagersgilde was rijk genoeg. Hier werd het vee, dat van de Veemarkt kwam, op straat geslacht en binnen verkocht. Tijdens de Franse Revolutie eind 18de eeuw werden de gilden afgeschaft en verloor het Vleeshuis zijn functie. Het werd onder meer een opslagplaats. Vandaag is het een museum dat de muzikale geschiedenis van de stad toont. De Vleeshuiswijk was van in het begin een heel levendige, volkse buurt. Hier woonde iedereen die iets met de haven te maken had, vaak in kleine beluiken. Tijdens de Tweede Wereldoorlog sloeg een V1-bom in op de wijk waardoor een groot stuk van de wijk werd weggevaagd.
Verder door naar de Stadswaag. Deze bevindt zich op de grens van het Schipperskwartier en de Universiteitsbuurt. Op de waag werden in de middeleeuwen goederen gewogen die via de haven binnenkwamen. In de jaren ’60 en ’70 was de Stadswaag een druk bezochte uitgaansbuurt. Dat kan ik getuigen, want ik heb er in 1974 tijdens een thé dansant van de hogeschool mijn echtgenoot leren kennen!
Via het Falconplein stapten we recht de prostitutiebuurt in, meer bepaald de Villa Tinto, het best georganiseerde en veiligste raamprostitutiehuis van België. Het pand dat tussen drie straten loopt werd 18 jaar geleden geopend. De prostituees die er werken, huren per shift een van de 51 ramen en worden officieel geregistreerd. Ze kunnen binnen met een vingerafdruk, wat onderverhuring onmogelijk maakt. Het fenomeen ‘raamprostitutie’ ontstond in de jaren ’70, toen de havenactiviteiten verhuisden naar het noorden van de stad en de zeelui niet meer automatisch in deze buurt belandden. In de jaren ’90 was dit een gure buurt vol criminaliteit, mensenhandel, overlast en kijkfiles… Vandaag zijn de straten autovrij en is het een gecontroleerde en leefbare plek.
We vervolgden onze weg en gingen via het MAS, in het noorden van de stad naar de Koolkaai. Hier ontwikkelde zich de prostitutiebuurt bij het ontstaan van de stad en dat zou zo blijven tot in de jaren ’70 (zie boven). Nu is het een fijne en rustige buurt om te wonen.
Op de terugweg naar het historisch centrum namen we nog de Veemarkt mee. Hier bevindt zich de monumentale Sint-Pauluskerk in laatgotische stijl uit de 16de eeuw. In de kerk vind je werken van Rubens, Teniers, Van Dyck en Jordaens. Zeker een bezoekje waard (als ze open is)!
In Antwerpen zijn er veel straten waarvan de naam eindigt op “vliet”, “rui” of “vest” (Kaasrui, Sint-Katelijnevest, Brouwersvliet, …). Hoe dat zo komt? In de Middeleeuwen had Antwerpen een uitgebreid netwerk van kanaaltjes: ruien, vlieten en vesten. Oorspronkelijk werden ze gegraven als verdedigingsgordel van de stad. Later werden ze gebruikt als binnenhaven en als systeem voor watervoorziening. Uiteindelijk werden het open riolen. Omdat deze zorgden voor geuroverlast werden de ruien overwelfd zodat de geurhinder beperkt kon worden en er meer plaats was voor bebouwing. Pas in de 19de eeuw waren de ruien geheel overdekt. De ruien kunnen trouwens bezocht worden.
En zo kwamen we terug bij Het Steen en beëindigen we onze wandeling via de hoge wandelterrassen vlak naast de Schelde. Daar is ook de nieuwe cruiseterminal gelegen. In 2023 ontvangt Antwerpen 23 oceaancruisers. Deze meren aan in het centrum van de stad, op letterlijk 200 meter van de kathedraal, wat toch vrij uniek is. Het was een fijne stadswandeling.
Het “straô-rieën” (strandrijden) is een folkloristische Zeeuwse traditie op het eiland Schouwen-Duiveland die mogelijk al stamt uit 1643. Als de werkpaarden na een lange winter op stal weer aan het werk gingen, werden de paardenvoeten eerst in de zee gespoeld om de benen te verfrissen en om kleine ontstekingen van de huid te ontsmetten. De straô is uitgeroepen tot Immaterieel Erfgoed op de UNESCO-lijst.
De dorpen aan de westkant van Schouwen-Duiveland hebben allemaal hun eigen Straôviering. Een belangrijk onderdeel van de traditie is het versieren en keuren van de paarden.
De Straô wordt vanaf half februari tot half maart gevierd in steeds een andere plaats op Schouwen-Duiveland. Renesse mocht gisteren de spits afbijten.
Er was veel volk, maar het strand van Renesse is lang en breed genoeg om iedereen een plaatsje te geven. Wij vonden het leuk om het eens van kortbij mee te maken.
Mocht je ook zin hebben, er komen nog vijf edities: 18 februari in Burgh Haamstede 25 februari in Noordwelle 4 maart in Ellemeet 11 maart in Scharendijke 18 maart in Serooskerke.
Bij Rietepietz had ik gelezen over een tentoonstelling in Fabrique des Lumières in Amsterdam die me meteen aansprak. Het is een ‘immersive experience’ van Gustav Klimt en Friedensreich Hundertwasser. Ik heb niet geaarzeld en meteen tickets besteld want de tentoonstelling liep maar tot 5 februari.
Aangezien Amsterdam niet bij ons om de hoek ligt waren we het er heel snel over eens om er een weekend van te maken. Een hotel was gauw geboekt, maar niet in Amsterdam zelf. De prijzen zijn echt niet meer normaal te noemen, zelfs aan de rand van de stad. Zaandam is slechts een kwartier treinen van Amsterdam Centraal en daar wisten we wel een leuk en betaalbaar hotel en konden we onze auto veilig achterlaten.
We waren al vroeg vertrokken thuis, zaten al om 10u30 in een koffiebar. Zo hadden we ook nog ruim de tijd om in de Jordaan wat hofjes te bezoeken en uitgebreid te lunchen alvorens ons te begeven naar Fabrique des Lumières voor ons tijdslot van 14u30.
Fabrique des Lumières is een modern cultuurpark op de terreinen van de voormalige Westergasfabriek in het Westerpark. Het gebouw is door zijn unieke architectuur met muren van 17 meter hoog en een vloeroppervlak van 2800 m² bij uitstek geschikt voor digitale voorstellingen. In het verleden werd hier ook al de immersive experience van Vincent Van Gogh vertoond. Die tentoonstelling hebben wij in de zomer van 2020 gezien in Antwerpen. Het was niet zo lang na mijn zware operatie en ik heb er toen eigenlijk weinig van meegekregen.
Ik moet zeggen, deze sprak mij veel en veel meer aan dan die van Van Gogh. De explosie van kleuren bij de projecties van Hundertwasser ; de vrouwenfiguren, het goud en de landschappen van Klimt, de muziek perfect afgestemd op de beelden. Overweldigend!
Dit soort voorstellingen maken kunst bereikbaar en behapbaar voor iedereen, ook al ben je geen kunstkenner.
PS Vanaf 10 maart loopt er een gelijkaardige expositie rond Dalí en Gaudí. Ik denk dat wij dan nog wel een keer naar Amsterdam afzakken.
Alleen zo jammer dat je dit niet zittend kan beleven. Na een uur rechtstaan en wiebelend van het ene been op het andere was mijn rug gebroken.
Gelukkig was er op het terrein van de Westergasfabriek een tearoom waar we wat konden uitrusten om nadien weer de stad in te gaan en onze wandeling door de Jordaan en Oud West te vervolgen.
Na het heerlijke mezze-tapas diner bij Oresti’s Taverna en met 13 km in de benen was het heerlijke bed in het Zaan hotel al wat we nog nodig hadden.
Na een verkwikkende nachtrust, een warme douche en een uitgebreid ontbijt treinden we weer naar Amsterdam voor het volgende deel van de stadswandeling die ik had uitgestippeld: een ander stuk van de Jordaan die nu een dure en hippe buurt is, aldus een bewoonster met wie we een lange babbel hadden. Lunchen deden we bijThe Good Companion, op aanraden van deze bewoonster.
Dan door over de Grachtengordel, de Bloemenmarkt met duizenden tulpenbollen die je nu echt NIET moet kopen, de Negen Straatjes met zijn exclusieve winkeltjes, de stilte van het Begijnhof, stukje Kalverstraat en snel weer weg want veel te druk, Rembrandtplein, De Dam met het Koninklijk Paleis, een tijdje gezeten bij Brasserie Meuwese op het Rokin en over het Damrak terug naar Amsterdam Centraal. Na 17 km lopen vonden we het welletjes geweest.
Amsterdam is een leuke stad met zijn grachtengordel met grachtenpanden met trap-, klok- of halsgevels, veel water, bruggen en bomen. Voor mij mist de stad wel de grandeur van steden als Parijs of Londen, zelfs Antwerpen. Het is niet verboden een afwijkende mening hebben.
Ik ben het mens van de zure reacties op een bepaald logje. Dat mocht ik vandaag lezen. En, eerlijk, ik begrijp het niet.
Waarom schrijft iemand iets als hij geen weerwoord kan verdragen. Ik zag dat hij – want iedereen weet over wie het gaat – me ontvriend had op Facebook en al mijn reacties (2 of 3 stuks) op de zijn bericht had gedeleted. Daarop heb mij in een persoonlijk bericht verontschuldigd mocht ik hem gekwetst hebben want dat is nooit de bedoeling. In het vuur van de strijd, weet je … Maar er was geen lievemoederen aan.
Ik vond het flauw en kinderachtig dat hij me voor die reden blockte. Begin niet over een heikel onderwerp als je geen weerwoord kan verdragen.
De man is ziek en heeft veel pijn. Wel, ik ben ook ziek en heb ook alle dagen pijn. Dat is voor mij geen reden om binnen een discussie bepaalde reacties die me niet aanstaan te gaan wissen. We zijn toch volwassen mensen, niet. En eerst reacties uitlokken (hij weet dat ik nogal fel kan zijn) om ze dan te deleten, dat is ruzie zoeken om de ruzie.
Voilà, ik heb gezegd.
PS Ik ga niet antwoorden op eventuele reacties. Ik heb dit snel getikt op mijn telefoon en kan reacties niet uitzetten.
De lange maand januari is voorbij. Ja, ik vind ieder jaar dat het lang duurt eer januari voorbij is. Komt misschien wel door de drukte van de feestmaand.
Januari was een beetje een triestige maand. Veel regen, wind en grijze lucht, een enkele mooie dag niet te na gesproken. We kregen ijs, en een beetje sneeuw.
We vierden al twee verjaardagen: die van zoonlief op 2 januari ; die van manlief op 21 januari. Gaat altijd gepaard met een lekker etentje met het gezin.
In de helft van de maand hadden we ook nog een gezellig feestje met de schoonfamilie. Het was van 2019 geleden dat dat we vier van de zes familieleden nog gezien hadden. In de tussentijd waarde er een hardnekkig virus rond en, ach, we zijn niet zo close met de “koude kant”.
Veel deden we niet in januari. We bezochten Winterfloridylle in Meise, Wintersfeer in Damme en gingen in Knokke naar het vuurwerk kijken.
We deden een cinemake: Le otto montagne, een film van een Belgisch regisseurskoppel die op het filmfestival in Cannes in de prijzen viel.
We bezochten ook nog de Vakantie Expo, om ideetjes op te doen voor een reis in het najaar. Jaaaren geleden dat we op het Vakantiesalon (zoals dat vroeger heette) waren. Ik had nooit nood aan ideetjes want we verbleven de laatste vijf jaar heel de maand oktober in Spanje. Aangezien we nu eens wat anders willen kwam de Vakantie Expo op het juiste moment. Waar het vroeger een evenement was waar we met gemak een halve dag konden rondlopen, hadden we het nu op een klein uur gezien. Maar we waren er eens mee weg.
In het restaurant waar we nadien lunchten hing volgend bordje in het toilet: If you sprinkle when you tinkle, please be neat and wipe the seat. Vond ik wel grappig.
Op het einde van de maand hebben we ook nog wat nuttigs gedaan: op onze zieke kleinzoon gelet. Wat begonnen was als valse kroep ontaardde in een lelijke luchtweginfectie met ademhalingsproblemen en hoge koorts. Ocharme het ventje.
Hopelijk wordt februari beter voor iedereen en kan ik weer wat actiever zijn (op de fiets), maar als onderstaande weerspreuk gelijk krijgt, dan gaat daar weer niets van in huis komen.
“Heeft januari koude en droge dagen, dan zal in februari de sneeuw u plagen”.