Dat de tijden veranderd zijn, zeg ik u. En toch heb ik dit ook nog gekend.
Mijn schoonvader was een zeer autoritair man. Voor hun huwelijk in 1939 werkte mijn schoonmoeder in een naaiatelier waar zij verantwoordelijk was voor het fijne werk: pailletten naaien op avondkledij, corsages maken, kragen en manchetten borduren, enz. Zij was een veelgevraagde naaister en deed dat ook na haar werk thuis. Tot ze met mijn schoonvader trouwde. Die vond een werkende vrouw maar niks. Een vrouw moest – zoals de tekst hierboven – voor haar gezin zorgen, en dan in het bijzonder voor haar man. En in de jaren veertig waarover ik spreek, deed een volgzame vrouw, zonder zich daarover vragen te stellen, wat haar man van haar verlangde.
En zo zat schoonmama ook in de jaren ’70, toen ik daar over de vloer kwam, nog iedere avond tegen zes uur te wachten op haar man, met het eten op tafel uiteraard. Ze had zich dan al extra opgedoft, want hij vond het ‘geen pas geven’ dat ze haar werkschort van overdag nog aan had. Of hij zijn ‘wederwaardigheden van den dag’ vertelde, dat kan ik mij niet meer herinneren. Dat een moeder van vijf kinderen ook wel eens háár verhaal wil doen, ik geloof niet dat dat ooit in hem opgekomen is.
Bij ons thuis ging het er heel anders aan toe. Toegegeven, mijn ouders waren vijftien jaar jonger, maar toch. Mijn vader en moeder waren gelijkwaardige partners. Niet dat mijn moeder niet goed voor mijn vader zorgde, in tegendeel, maar mijn vader zorgde op zijn beurt ook heel goed voor haar en had interesse in wat haar – en ons – bezighield. Net zoals mijn schoonmoeder werkte mijn moeder niet, dat was zo in die tijd. Maar moest ze dat gewild hebben, dan ben ik zeker dat mijn vader haar geen strobreed in de weg zou hebben gelegd. En mijn moeder zou het ook gewoon gedaan hebben. Zij was niet echt een volgzaam type.
Ik geloof dat ik dat van haar heb …