
Op dag 2 voelde ik me niet lekker en heeft Frens voor mij een afspraak kunnen regelen bij zijn huisarts. Een uitgebreid onderzoek en vele vragen later had ik een recept op zak voor antibiotica (de vierde reeks sinds half mei). Op hoop van zegen …


En natuurlijk moesten we ook nog eens in Marbella gaan kijken. We zijn er vroeger zo vaak geweest, toen het nog het walhalla voor de rijke Arabieren was. Nu zit er stikvol nieuw-rijke Russen, wier vrouwen blijkbaar allemaal naar dezelfde plastische chirurg gaan, want ze lijken allemaal op elkaar. Neen, Marbella viel vies tegen. Gelukkig hebben we er wel heel lekker gegeten … bij een restaurant met een Belgische chef, zo bleek tijdens een babbeltje met de knappe jongeman die ons bediende.
Omdat het langs de kleine bochtige bergwegen natuurlijk voor geen meter vooruit gaat vreesde ik een beetje dat we niet op tijd in Trevélez zouden zijn voor de lunch. Buiten de steden worden de lunchtijden namelijk heel strikt aangehouden. Dus stopten we in een bergdorp onderweg, zo’n dorp met een kerk, een paar huizen en een bar. In een van de huizen hing er een vrouw door het raam op de verdieping die ons toeriep ‘aquí restaurante‘. Tja, we moesten toch iets eten, dus wij ernaartoe. Blijkt dat het lieve mens haar huiskamer vol kleine tafeltjes had gezet en voor eventuele gasten een stevige maaltijd op tafel zet. We hebben haar maar iets laten klaarmaken wat zij voorstelde want we waren toch een beetje de kluts kwijt. Waar waren we terechtgekomen? Eind goed, al goed natuurlijk. Lekker gegeten en gedronken en ons best gedaan om te begrijpen wat de praatgrage vrouw allemaal vertelde. Ruim anderhalf uur later stonden we in Trevélez waar alle bars en restaurantjes nog open waren …
Onderweg hebben we nog genoten van het mooie landschap, van de bloeiende struiken langs de weg, en van de besneeuwde bergtoppen van de Sierra Nevada. Jammer dat er zo weinig plekken zijn waar je eens kan stoppen om een mooie foto te maken, want fotogenieker dan dit kan bijna niet.
’s Avonds om een uur of zeven kwamen we in Granada aan en toen ik uit de auto stapte dacht ik dat ik dood ging. Zevenendertig graden maar liefst en een drukte van jewelste, waarschijnlijk vanwege de zaterdagavond en het lange Pinksterweekend. Gelukkig hadden we een rustig gelegen hotelletje met een hele goede airco op de kamer. Ik voelde me echt niet lekker, kreeg geen lucht en ik vreesde dat Córdoba, onze volgende stop én de warmste stad van Spanje, nog erger zou zijn. Na veel wikken en wegen hebben we toen besloten het hotel in Córdoba te annuleren en een hotelletje te boeken aan de zee waar het allicht wat frisser zou zijn en waar ik wat meer lucht zou hebben.
De volgende morgen waren we al vroeg op pad – hoe vroeger hoe frisser tenslotte – en het viel me allemaal erg mee. De temperatuur was een aangename 25° en het was rustig in de straten. We hebben eerst de vooraf bestelde tickets voor het Alhambra uit de automaat gehaald en hebben toen de bus genomen naar het Albayzín. Daar zijn we op het hoogste punt uitgestapt en langs de kleine straatjes terug naar beneden gekomen. Manlief was in goede vorm want hij heeft maar een paar keer een korte rustpauze genomen. In de namiddag hebben we het Alhambra bezocht, eerst het Generalife en de tuinen en om 6u hadden we een timeslot voor de Palacios Nazaríes. Eigenlijk is het niet slecht dat er maar een beperkt aantal mensen per tijdslot toegelaten worden, zo wordt het nooit te druk en kan je rustig kijken en foto’s nemen.
Toen we daar buiten kwamen om een uur of acht was het nog steeds zesendertig graden. We hebben ons gedoucht en
omgekleed en op onze kamer gewacht tot de temperatuur buiten wat gezakt was, en toen kreeg ik toch zo’n spijt dat ik Córdoba geannuleerd had, want ik had zo graag de Mezquita nog een keer gezien en ik had tickets voor een heel bijzondere flamencoshow. Dus heb ik het hotelletje aan zee maar weer geannuleerd en naar het hotel in Córdoba gebeld om te vragen of onze kamer nog vrij was. En die was nog vrij!
De volgende morgen heeft manlief de plaatselijke economie nog wat gesteund door de aankoop van kleding en schoenen. Ik heb hem moeten herinneren aan de bagage restrictie van 23 kilo per persoon op het vliegtuig, anders zou hij nog veel meer hebben gekocht! En dan zijn we, weer langs de kleine wegen, naar Córdoba vertrokken. Het eerste stuk zagen we niet anders dan olijfgaarden, zo ver het oog reikt. En verderop velden vol zonnebloemen, kilometers en kilometers lang. Een prachtig zicht!
Córdoba was heet, heel heet maar het was er enorm rustig en dan lijkt de hitte veel beter te verdragen. In het hotelletje kregen we de beschikking over de ‘private suite’, twee verdiepingen hoog – 54 trappen – zonder lift maar heel erg ruim met een apart slaap- en zitgedeelte en een privé terrasje met loungemeubels. We hebben er geen gebruik van gemaakt want je smolt er weg van de hitte. Ook in deze kamer weer een super airco gelukkig. Toen het wat afgekoeld was naar tweeëndertig graden waagden we ons naar buiten, naar de Judería wijk die ik mij nog herinnerde alsof ik er gisteren nog geweest was. Het is nochtans een jaar of dertig geleden (van Granada herinnerde ik mij trouwens nog nauwelijks iets). Wat heb ik weer genoten van de prachtige patios in de stad.
De volgende dag ook weer vroeg uit de veren, voor een bezoek aan de Mezquita. Ik had echt geen tickets op voorhand moeten bestellen want er was nauwelijks volk. Soms waanden we ons alleen in dat immense indrukwekkende bouwwerk. Daarna hebben we ook nog het Alcázar bezocht, wat geterrast en tegen 22u werden we verwacht bij Arte y Sabores voor de flamencoshow. De show vindt plaats in een hele kleine tablao, een uniek antiek badhuis uit de 10de eeuw. Het biedt plaats aan maximum 30 gasten. Ik denk dat we met 16 waren en dat was perfect.
Het was absoluut geen toeristische show met veel kleur en poespas. De twee danseressen en de danser waren volledig in het zwart gekleed, verder was er nog een zanger en twee gitaristen. Het was een vrij ruwe versie van flamenco (ook wat sevillana erbij), dramatisch en heel passioneel. Door het beperkt aantal toeschouwers werd het een heel intiem gebeuren. Ik had het niet willen missen.
De volgende dag na het ontbijt zijn we vertrokken voor onze laatste etappe: naar zee, naar Conil de la Frontera meer bepaald.
En zo kwamen we dan uiteindelijk in Conil de la Frontera terecht, een badstad met zo’n 20.000 inwoners … tijdens de zomervakantie oplopend tot 200.000. Maar in juni gelukkig nog heel erg rustig, op de weekends na.
De toeristen hier zijn voornamelijk Spanjaarden en Duitsers (of Duitstaligen in ieder geval). Ook een enkele Nederlander, maar Vlaams hebben we er niet gehoord.
Ons huis lag in een nieuwe woonwijk aan de rand van de stad, gewoon tussen de plaatselijke bevolking. Het lag op 10 minuten lopen van het strand en 15 minuten lopen van het oude centrum. Al namen we altijd de auto om naar het strand of naar de stad te rijden want ons huis was nogal hoog gelegen. Naar strand/stad was zo geen probleem, maar terug …
Ook hier was het heel heet en de levante wind waaide, dwz dat je op het strand zowat wegwaait. De eerste paar dagen hebben we dan ook gewoon aan en in ons zwembad doorgebracht. De andere helft van het huis was niet verhuurd, dus we hadden het zwembad helemaal voor onszelf. Heerlijk!
Vanuit Conil hebben we nog uitstappen gedaan naar het pittoreske Vejer de la Frontera, naar Cádiz, naar Sanlúcar de Barrameda en naar Jerez de la Frontera. Cádiz was best wel de moeite, in Sanlúcar en Jerez was niet zo veel te zien. En uiteraard hebben we ook wat (halve) dagen aan het heerlijke strand doorgebracht. Allemaal leuk, allemaal erg van genoten.
Met de gezondheid van ons beiden ging het ook alsmaar beter. Manlief heeft zelfs op onze laatste vakantiedag een strandwandeling gedaan van iets meer dan een uur. Dat hij ’s avonds dan weer redelijk wat pijn had nam hij dan maar op de koop toe.
En zo kwam er ook aan deze vakantie weer veel te snel een einde. Op naar de volgende …
Totaal aantal kilometers gereden: 1.870.
Logies:
Aantrekkelijke villa met 7 kamers in de residentiële wijk El Limonar, aan de rand van de stad. Villa met klein zwembad en terras/tuintje. Perfect rustig gelegen. Erg leuke Nederlandse uitbaters die geen moeite uit de weg gaan om het hun gasten naar de zin te maken en een huiselijke en gemoedelijke sfeer creëren. Gratis fietsen voor iedere gast, lekker vers ontbijt ’s morgens, veel info en tips. 5 min. fietsen naar het strand La Malagueta, 10 min. fietsen naar de stad, 10 min. fietsen naar de heerlijke visrestaurantjes op de boulevard van Pedregalejo.

Ook hier geen koelkastje, ook geen koffie- en theezetfaciliteiten. Gewoon een degelijke kamer met goede bedden en een badkamer met inloopdouche. Gratis WiFi. Individuele airco. Geen eigen parking, maar wel mogelijkheid tot parkeren tegen verminderd tarief in een parkeergarage (met camerabewaking) op enkele minuten wandelen van het hotel.

