Ondanks het barslechte weer hebben we toch een heerlijk weekend gehad in België’s oudste stad Tongeren.
Hoe komt een mens erbij om naar Tongeren, of all places, af te reizen? Heel eenvoudig: ik had daar in eerste instantie met Facebook een all-in diner voor twee gewonnen in Brasserie Bazilik. Als we wachtten tot na mei om de prijs op te nemen kregen we er nog een overnachting en ontbijt in het gloednieuwe (toen nog in opbouw zijnde) boutique hotel Caelus VII bovenop. Ons kennende … juist, we hebben tot nu gewacht om de prijs op te nemen, en daar hebben we geen spijt van!

We werden heel gastvrij door de eigenaar ontvangen toen we ons aanmeldden zaterdag kort na de middag. Hij ging ons hoogstpersoonlijk voor naar onze kamer op de tweede en meteen ook hoogste verdieping, langs een antieke (18de eeuws meen ik) wenteltrap. Ons koffertje kwam met de bagagelift naar boven. We kregen een hele mooie kamer, een suite met twee slaapkamers met elk een eigen flatscreen TV en en-suite een grote badkamer met dubbele lavabo, apart toilet en een cabine met een regendouche. Het rook allemaal nog erg nieuw. Mooi in dit hotelletje (7 kamers) is dat men heeft geprobeerd zoveel mogelijk authentieke materialen te behouden zoals de schouwmantel op onze kamer, de oude deuren en klinken, de plankenvloer, … Nog mooier is dat men deze authenticiteit combineert met de nodige moderne luxe: super-de-luxe boxspring bedden met fantastisch mooi bedlinnen, flatscreen TV’s, een klimaatkast minibar, espressomachine Nescafé Adagio voor (gratis) koffie en thee, voldoende badproducten en tissues. En dat laatste is een item waar ik echt over val als het er niet is! De gebruikte kleuren zijn zwart en wit en geloogd eiken. Zeer smaakvol. De locatie van het hotel is gewoon perfect: midden in het centrum van Tongeren, vlakbij het museum, de basiliek en het standbeeld van Ambiorix.

Na een wandeling door Tongeren – dan weer een bui, dan weer de zon – en een bezoek aan de Basiliek en de Kloostergang, vonden we het wel tijd worden voor ons diner.
Zo gezegd, zo gedaan. Instructies werden gegeven aan het restaurantpersoneel dat ‘deze hotelgasten’ (wij dus) konden kiezen van de kaart of van het suggestiemenu, wat we wilden, aperitief, wijnen, koffie, alles inbegrepen. Ik heb geprobeerd het voor mezelf zo ‘slank’ mogelijk te houden, met een carpaccio van rund met kruidige salade, pijnboompitjes, zongedroogde tomaten en parmezaanschilfers. Als hoofdgerecht koos ik voor kabeljauw met een sausje met champignons, garnalen en scampi met daarbij ratatouille. Heel lekker, maar veeeeel! Echtgenoot had een gigantische kogelbiefstuk. Dessert was een bolletje vanilleijs en een appeltaartje. Lekker, maar aan de zware kant. Ik heb het niet allemaal kunnen opeten. Daarbij kwamen uiteraard nog de bijpassende wijnen waarvan ik de namen niet genoteerd heb. En dan was er nog thee.

Vanmorgen, na een – zoals altijd – slapeloze nacht, wachtte ons nog een uitgebreid ontbijt. Het ontbijt wordt ook genomen in de brasserie. Geen buffet hier, wel alles aan tafel bediend en zeer uitgebreid met een verse tas koffie, fruitsap, vers fruit, roerei, spek, charcuterie, yoghurt, broodjes en viennoiseries.
Na het uitchecken hebben we toch maar de regen getrotseerd om de 100 meter naar het Gallo-Romeins museum te lopen. Jammer dat de tentoonstelling Sagalassos afgelopen was.
En zo keerden wij – nog steeds in de plassende regen – zeer tevreden naar huis terug.